5 maart 2025.
Om 9u15 is het laagtij in Le Hourdel. Een half uurtje later zijn we ter plaatse.
Wat een verschil met vorige zondag toen het springtij was: een enorme vlakte van slikken, schorren, zandbanken en keien-stranden strekt zich voor ons uit. Tientallen zeehonden zonnen op de zandbanken; wel alleen met verrekijker goed te bekijken.




We wandelen tot aan de “Blockhaus”, een half uit het zand omhoog stekende bunker uit de tweede wereldoorlog (1943/44) of – om preciezer te zijn – een Duitse bunker, type Casemante R612 met (verdwenen) kanon op wielen. Op één van de flanken is een gele cupido geschilderd; “make love, not war” zeker? Oorspronkelijk was deze bunker in de duinengordel gebouwd. Maar de zee heeft op 75 jaar tijd maar liefst 65 meter land en duinen afgeknabbeld. Het fotogenieke is er niet minder op geworden.



Het mooie weer nodigt uit tot verder wandelen. Gelukkig hoeven we niet steeds over de keien te stappen: dichter bij de duinen loopt het wandelpad over zand. Overigens heeft die nederige kei in deze streek een hele geschiedenis. “L’or bleu”, het blauwe goud, noemen ze die hier. De keien zijn immers van uitzonderlijke kwaliteit om pasta voor keramiek te maken. Honderd jaar geleden, kropen de “keien-rapers” op de knieën rond op het keien-strand. Rug gekeerd naar de wind zochten ze de mooiste, egaalste en meest ronde keien uit. Die werden dan vermalen tot keramiek-pasta en vooral naar Engeland geëxporteerd. Tegenwoordig is de productie geïndustrialiseerd en de toepassingen van de al dan niet vermalen keien zijn sterk uitgebreid. Maar de producenten zijn verplicht om elke kei die ze hier uit de baai halen te vervangen door andere, minderwaardige keien uit het Franse binnenland. Zo blijft het typische keien-strand hier bewaard. Aan de verre horizon, dicht bij Brighton (jawel, Engelse naam, maar heeft niets vandoen met het Engelse Brighton, behalve dan dat het gebouwd is door Engelse speculanten/avonturiers) doemt de “keien-verwerkingsfabriek” van Silmer op.




Een kleine 4 km van Le Hourdel – het water stroomt inmiddels alweer snel de baai in – picknicken we: zelf gefikste broodjes met o.a. de lokale rillettes d’agneau des prés salés, overgoten door … overdadig veel lentezon.
We keren terug “op onze schreden”, maar toch is de beleving anders: zandbanken verdwijnen, de zonnende zeehonden met hen; het binnenstromende zeewater neemt de keien-stranden weer in; alleen de schorren begroeid met zoutmelde en zeewolfsmelk blijven droog. De “blockhaus” waar we een paar uur geleden nog naast stonden, ligt nu goed en wel in het water. Een verdwaalde zeehond zwemt dichtbij de vloedlijn. Mooi …


Deze keer om af te sluiten geen crêpe sucré uit het vuistje … maar één op het zonnige terras van bar/brasserie “La pointe du Hourdel”.
Toemaatje: bij terugkeer in ons vakantiehuis, spotten we twee reeën in het Domaine du Val.