1 augustus 2024
Een overgangsdag: we verhuizen naar het zuidwesten van Alentejo. Maar eerst nog een jogging met drie, langs Barrada, de menhir van Outeiro, daarna op en rond een steile berghelling.
Er staat een witte bestelwagen (“white van”?) op een verlaten grindweg aan de voet van de helling. Wij moeten de berg op. Uit de auto komt een Portugese boer, een spraakwaterval die druk gebaart. Ik begrijp dat hij zijn koeien komt controleren. Die lopen vrij rond en hebben allemaal een bel rond hun nek. Elke koe (of schaap of geit) heeft haar eigen bel met eigen klank. In Alentejo maken een paar ambachtslui deze bellen nog manueel. Regelmatig moeten de koebellen “herstemd” worden, net zoals een muziekinstrument. Maar wij joggen verder … de bergrichel op: aan de ene kant zicht op dorpjes en olijfgaarden; aan de andere kant een Afrikaans aandoend panorama.
Miradouro Alqueva.
De route naar Monte dos Pinheiros, onze nieuwe verblijfplaats voert langs het Alqueva-meer naar het zuiden. Als afscheid van dit deel van de Alentejo, biedt een uitkijkpunt op een bergtop – de Miradouro Alqueva in Almeira – nog een prachtig panorama: de blauwe lucht, verdord geel gras, groene bomen, blauw meer. Almeira zelf heeft nog een “Praça de Touros”, stierengevecht arena.





Beja.
Zowat halfweg onze rit van 200 km, 3 uur (want kleine wegen!) stoppen we in het centrum van Beja, de grootste stad van de Baixo Alentejo. D’er is een Castelo – natuurlijk – maar wat voor één: ‘t is mooi gerestaureerd; er is één grote gotische verdedigingstoren; de kanteel-muren zijn intact – EN – je kan zowel kantelen (vrij) als toren bezoeken (betalend: 2 € p.p.); bomen, bloemen en groen omzomen de muren.




Maar eerst flaneren we met een honger-gevoel door de bijna lege straatjes. Tot we op de rustige Praça da República belanden en het terras onder schaduwrijke bomen van Pinguinhas – Tapas & Petiscos, ontdekken. Hier lunchen we met brood, olijven, kaas, ham van porco preto, calamares, ei met asperges, hmmmm. Voor één keer spreekt de kelner – een vriendelijke student – perfect Engels EN bedient hij ons prefect. ‘t Is een student Lichamelijke Opvoeding die volgende week naar Lissabon vertrekt en later zelf les wil geven.



Pas na het dessert (Italiaans ijsje van “Sabor & Arte” – maar Lou verkiest een “calipo”) bezoeken we de Castelo. Nee, we hebben geen déjà-vu gevoel in Beja. 🤣
São Teotónio.
Het landschap na Beja is af en toe eentonig – vlak, rechte wegen, kilometerslange stoppelvelden afgewisseld door fruitboom-aanplant (perziken?). Vóór Odemira wordt het opnieuw bergachtiger en … groener! ‘t Is hier amper 27° C, koud, als je van 37° C komt.
Nu inchecken bij Monte dos Pinheiros, dan “snel” boodschappen doen … in de “Intermarché” van São Teotónio. Wat een vreselijke winkel-ervaring: overvolle supermarkt; het lijkt alsof het publiek voor één derde uit mensen met Chinese achtergrond bestaat, verder nog één derde Indisch-Nepalees en het laatste derde … half-blote toeristen! Zijn onze “toerist-loze dagen” voorbij?
Bij het avond-aperitief bezoekt een kleine kikker ons terras. Maar voor het eerst eten we binnen in huis … te koud buiten voor ons!
