Kasseien en grogue.

Dinsdag 1 november 2022.

Verhit en zwetend wakker geworden deze nacht: airco uitgevallen? Ja, maar ook geen elektriciteit meer, niets! Niets beter om ‘s morgens af te koelen dan een frisse duik in de Atlantische Oceaan. Hoewel fris? Het zeewater is 26° C in de baai. Een kleine vissersloep brengt manden met een soort zeepaling of murene aan land; ongeveer een halve meter lang en 10 cm dik zijn ze. Ze worden per stuk op ‘t strand verkocht onder luid gediscussieer.

Inmiddels blijkt alleen onze kamer geen elektriciteit te hebben. In het restaurant loopt het ontbijt ook al in het honderd. We worden simpelweg vergeten want “te druk”, = meer dan een tiental tafels tegelijk kunnen ze niet aan. Zen blijven is de boodschap; we hebben tijd; al havermout eten; opnieuw bestelling doorgeven; Betty’s spiegelei komt er aan … ‘t is een omelet geworden 😂. Op de koop toe krijg ik ook nog een omelet geserveerd … die ik niet besteld heb! Gelukkig is inmiddels het elektriciteitsprobleem in onze kamer opgelost.

Cabo Verde – of althans het eiland Santiago – is rijk aan kasseiwegen. Alle oude hoofdwegen zijn met kasseien geplaveid, ook de weg Tarrafal – Porto Formoso – Calheta de São Miguel die we deze morgen volgen. Eerst dwars het eiland over steken, dan langsheen de kust, niets dan kasseien. Gezapig (slow travel) dokkeren we over die kasseien – en stoppen we frequent – genietend van het landschap. Soms lijkt het alsof we alleen op de weg zijn. Dorpjes zijn dun gezaaid met niet veel meer dan een tiental huizen.

Santiago, Cabo Verde

Santiago, Cabo Verde

Porto Formoso, Santiago, Cabo Verde

In één van die dorpjes passeren we een klein winkeltje, naast een wat groezelige bar. Een tiental Cabo Verdianen hangt er rond. We hebben dringend water nodig – we drinken hier niet genoeg. Dus stoppen en uitstappen. Betty vertrouwt het zaakje niet en blijft in de auto zitten. Maar de wereld behoort de dapperen: ik stap het winkeltje binnen. Veel volk, iemand met een bloemkooloor zo groot als een vuist. Ik wordt bekeken. Blijkt dat ze hier geen “agua” hebben maar wel hiernaast, in de bar. Ik stap de bar binnen, een langwerpig, kaal lokaal zonder tafels of stoelen. Helemaal achteraan een toog. Vier individuen “hangen” aan de bar, een jonge kerel, iemand met een rasta-kapsel, iemand met een veelkleurige gebreide muts en een kleine, magere die water giet in een whiskyfles die reeds half gevuld is met stukken citroen in een heldere vloeistof. “Agua” zeg ik aan de jonge barmadam. “Whisky?” vraag ik aan het bar-viertal. “Grogue” lacht de man met breimuts om zoveel domheid. “Grogue is een Kaapverdiaanse sterke drank van meer dan 40° gemaakt van suikerriet” herinner ik mij uit de reisgids. De barmadam wil weten of ik een kleine of grote fles water wil. Een grote. De man met rasta-kapsel wijst op de fles van de kleine magere, dan naar mij en vraagt “grogue”. Oh nee, ik heb gelezen dat je een aanbod van grogue niet mag afslaan … maar ook dat grogue in afgelegen dorpjes heel sterk en soms gevaarlijk is. De wereld behoort niet de roekelozen. Ik weiger met veel gebaren dat het te vroeg op de dag is – “Grogue drink je de ganse día”, zegt de breimuts. “Dat ik er ziek van zal worden en het te straf is voor mij” zeg ik met veel misbaar. Ze lachen hartelijk … ik druip af, wel met een grote fles koel water 😁

Van Calheta de São Miguel steken we opnieuw het eiland over: een asfaltweg! Raar gevoel na kilometers en kilometers kasseien. We passeren een dam waar zowel voor- als achter de dam elk spoor van water ontbreekt. Eigenaardig, zo net na het regenseizoen. Dan, waar de weg in Boa Entrada de centrale hoofdweg vervoegt, terug naar links, naar de Serra Malagueta. De wandeling van gisteren is ons zo bevallen dat w’er een tweede willen doen. Een kleinere, anderhalf uur, cirkelvormig, langs 400 jaar oude huizen (ruïnes?) van de eerste inwoners van Cabo Verde.

Santiago, Cabo Verde

Santiago, Cabo Verde

Eerst lunchen op de schaduwrijke picknick plaats aan het bezoekerscentrum. D’er zitten al heel wat families die maïs (iedereen eet maïs op 1 november, een feestdag) of Cachupa eten. Broodje kaas, hesp en/of ei voor ons met banaan en pruim als dessert.

Opnieuw leuke wandeling maar … we lopen verloren op de smalle, zo goed als dicht gegroeide paden. En aan de geiten die we ontmoeten, kunnen we de weg niet vragen. We dalen af door de dichte begroeiing en lopen ons hopeloos vast. Overleggen en wijselijk beslissen om terug te keren, alleen … lichte ongerustheid: vinden we onze weg terug nog wel? Ja! Uiteindelijk stappen we 2 uur. En die oude huizen? Die hebben we vanop afstand gezien. Terug naar Tarrafal voor twee ijskoude Strelas (lokale biertjes) en een uurtje platte rust.

Serra Malagueta, Santiago, Cabo Verde

Serra Malagueta, Santiago, Cabo Verde

Serra Malagueta, Santiago, Cabo Verde

Serra Malagueta, Santiago, Cabo Verde

‘s Avonds afspraak (en reservatie) in Alto Mira. We ontdekken de “hoofdingang” van het restaurant. Die brengt je eerst in een soort bar, dan naar de binnenplaats waar de tafeltjes en stoelen staan. We eten tonijn (Betty) – toch weer te hard doorbakken – en gegrilde octopus (ik) – niet slecht. Na dessert en espresso nemen we afscheid van Alto Mira. Op een plaatje aan de muur hangt – in het Engels – deze levenswijsheid:

Travel!
Money always comes back.
Life does not!

Alto Mira, Tarrafal, Cabo Verde

Serra Malagueta.

Maandag 31 oktober 2022.

Jogging. 

Geen betere manier om voeling te krijgen met een land dan via een ochtendlijke jogging. Nog maar pas ben ik het hotel uit of een jonge cachorro – straathond – loopt al met me mee. Die straathonden zijn rustig, onderdanig, niet gevaarlijk, geen Cabo Verdiaan die er acht op slaat. Twee grijskopijsvogels op een elektriciteitsdraad kijken op me neer. Een mevrouw veegt met een bezem de verlaten strandboulevard schoon. Op de grintweg langs de oceaan passeer ik regelmatig mensen: hand opsteken en luid bom día roepen. Lichte verbazing maar dan verschijnt een grote glimlach op hun gezicht: bom día en één of twee duimen gaan in de lucht. Leuk! Ik passeer een varken met biggetjes, kom uit bij … het concentratiekamp van gisteren! Maar de jonge bedelaartjes van gisteren zijn er niet, of toch … drie kinderen die bom día zeggen maar niets vragen: ze zien dat ik niets bij heb. Terug langs de kaarsrechte weg naar Tarrafal. Kinderen sjokken met rugzak naar school, veel verkeer, vooral “voetverkeer” en aluguers. De stad leeft op een ander ritme dan gisteren. 

Serra Malagueta. 

Het nationaal park Serra Malagueta ligt in het hart van het eiland Santiago. Het omvat de bergachtige kliffen die van oost naar west over het eiland lopen, bekend voor de prachtige panorama’s. Dat park “doen” we vandaag: een kleine, rustige wandeling in het nationaal park. Maar eerst fruit – bananen en pruimen – kopen op de lokale, overdekte markt. Parkeren op de parking van aluguers, ernaast. Who cares. Dan wat “couleur locale” op de markt. Zeer vriendelijk en behulpzaam zijn de verkoopsters.

Market , Tarrafal, Cabo Verde

Langs de spectaculaire weg van Tarrafal naar Praia ligt het bezoekerscentrum van de Serra Malagueta. Een vriendelijke Cabo legt ons uit welke wandelingen er zijn. We kiezen voor een anderhalf uur durende wandeling langs de rand van de Serra. Anderhalf uur enkel dan … we moeten ook nog terug. Maar we gaan maar zover als we zin hebben. Wel moeten we betalen voor de ingang tot het park: 500 $ (=4,5 €) voor twee personen en een foldertje met kaart. Op stap dan maar. De wandeling, de panorama’s, de vlinders, de natuur, de zon … alles is zo overweldigend dat ik het niet kan beschrijven. Dus voor eventjes wordt deze blog een foto-blog. Wel dient nog gezegd dat we uiteindelijk toch helemaal tot het eindpunt van de wandeling gaan. Jeugdige overmoed?

Serra Malagueta, Santiago, Cabo Verde

Serra Malagueta, Santiago, Cabo Verde

Serra Malagueta, Santiago, Cabo Verde

Serra Malagueta, Santiago, Cabo Verde

Serra Malagueta, Santiago, Cabo Verde

Serra Malagueta, Santiago, Cabo Verde

Serra Malagueta, Santiago, Cabo Verde

Oude Belgen. 

Op één van de weinige bankjes langs de wandeling zitten twee oude Belgen (=wat ouder dan wij zelf🤣).  Ze vertellen horror-verhalen over urenlang aanschuiven om een ferry te boeken die dan uiteindelijk wordt afgelast; weer aanschuiven om geld uiteindelijk niet terug te krijgen; wachten op aluguers – ze reizen duidelijk in een andere klasse dan wij. Ambitieus zijn ze wel: hun plan is om bij het eindpunt/keerpunt van onze wandeling een aansluitende vijf uur durende afdaling te doen en dan, eens beneden, hopen dat er nog een aluguer passeert. Good luck. We laten ze achter ons en zien ze pas weer als wij al terug keren. Waarop ze besluiten om ook “maar” tot het eindpunt te gaan en wijselijk in onze voetsporen terugkeren.

Wij picknicken op een kampplaats, in de schaduw, op een houten bankje dat met spanriemen aan een tak en de stam van een boom is bevestigd. Een groep Duitse wandelaars met gids trekt langs een onooglijk, compleet overgroeid pad het woud in, op zoek naar een kolonie Vervet aapjes (die zijn hier 400 jaar geleden door de Portugezen geïntroduceerd). Laten we de Duitsers discreet volgen … we banen ons een weg door het oerwoud. Tot we horen dat de groep met terugkeren: een groot rotsblok is op het pad gevallen, geen doorkomen aan. Niet erg. Nog wat verpozen op “ons” bankje. Dan afdalen naar het bezoekerscentrum, Betty met Leki-stokken, ikzelf sjokkend: de afstand begint door te wegen.

Serra Malagueta, Santiago, Cabo Verde

Serra Malagueta, Santiago, Cabo Verde

Aan het bezoekerscentrum zitten de twee oude Belgen rustig een mango te eten. Wachtend op een eventueel passerende aluguer die hen naar Tarrafal brengt. Of ze met ons willen meerijden? Natuurlijk! In ruil voor een halve liter fris bier in Tarrafal! In café Cegonha (“den ooievaar”) drinken we onze welverdiende pint en halen oude reisverhalen op.

Alto Mira.

We zijn het avondeten in het hotel wat beu: tonijn, op verschillende wijzen doorbakken! Laten we een pizza gaan eten in Alto Mira, wat letterlijk vertaalt als “hoog doel” of “hoge focus”. De ingang is een onooglijk steegje dat ons langs de pizza-oven op een met zeil overdekt binnenpleintje voert. Blauwe tafeltjes en stoelen, blauw geblokt tafelkleed … ziet er leuk uit. De baas is een “echte” vlotte Italiaan uit Milano. Hij charmeert Betty onmiddellijk: u lijkt op “mia mama”. Ik heb dan weer een Italiano-hemd aan. 😀 De sfeer zit hier goed, het restaurant vol, de aanbevolen rode wijn – Chã, vinho de Fogo – is heerlijk, de espresso (met Portugese koffie gebrouwen) zoals het moet. Hier komen we morgen terug. A domani!

Alto Mira, Tarrafal, Cabo Verde

Alto Mora, Tarrafal, Cabo Verde

Tarrafal.

Zondag 30 oktober 2022.

De morgenstond heeft goud in de mond. Zeker als de zon om 6u30 opkomt boven de heuvels achter Tarrafal. Zie foto.

Tarrafal sunrise.

Een half uurtje later al komt het strand tot leven: de eerste zwemmers, de eerste straathonden (of zijn het strandhonden), de eerste joggers, wandelaars, lanterfanters en zonnebaders. Om half acht klinkt luid de eerste muziek. Welkom in Tarrafal. Voor ons geen probleem: we zijn klaar wakker met dank aan de mini-jetlag, drie uur tijdsverschil. Gezien de vermoeiende dag van gisteren, doen we ‘t vandaag rustig aan.

Tarrafal

Eerst om in de sfeer en het ritme te komen, een wandeling langs de grillige Atlantische rotskust onder een stralende zon. Langs een nieuwe brede weg, compleet met fiets- en wandelpad. Alleen … weg, fiets- en wandelpad zijn leeg; geen auto’s, geen fietsers, slechts een paar toeristen met hetzelfde plan als wij. Groene bergen, blauwe zee … foto’s nemen! Na een tijdje houdt de weg op; of beter: ‘t wordt een smallere aardeweg langs de oceaan. Wat een golven, veel hoger en wilder dan in de rustige baai van Tarrafal. Dat lokt surfers! We verpozen even, kijken uit over de oceaan, zien hoe de surfers met de golven spelen. In de mistige verte doemt het silhouet van Fogo op, de nog actieve vulkaan op het gelijknamige eiland.

Tarrafal, Cabo Verde

We ontmoeten twee Franse toeristen – Parijzenaars – en slaan een praatje. Die zijn bijna aan het einde van hun 16-daagse Cabo Verde reis. De man is een “damper”: terwijl hij aan zijn elektronische sigaret lurkt, vertelt hij vol vuur over Santo Antão, het volgens hem mooiste eiland van Cabo Verde, zeker voor wandelaars. Belangrijke info: je hoeft NIET te reserveren voor de ferry. Drie kwartier voor afvaart aankomen en dan tickets nemen is OK. Bovendien is er een tweede ferry maatschappij – Armas – die geen internetsite heeft en op andere uren vaart dan CV Interilhas. Voor ons allemaal goed om weten. “Merci”, damper.

Onze wandelweg slingert verder door het groen, een tiental meter van de zee af. Alleen … hier en daar is bouwafval gestort: steengruis, plastic buizen, pleisterwerk … Maar er wordt aan gewerkt: een groot bord, net voor een hoopje stenen, zegt dat sluikstorten verboden is. De overtreder zal gestraft worden. We wandelen terug naar Tarrafal via een lange, kaarsrechte kasseiweg.

Tarrafal, Cabo Verde

Tarrafal, Cabo Verde

Het kerkhof van Tarrafal: groot, volledig ommuurd, verlaten en zelfs afgesloten. Viert Cabo Verde Allerheiligen niet? Het eerste deel van onze wandeling was prachtig, het tweede deel is interessant. We wandelen op niet-verharde straten door een wijk waar onafgewerkte nieuwbouw afwisselt met lege begroeide plekken met grazende geiten en koeien en koereigers. Sommige “nieuwe” huizen of appartementen lijken wel al bewoond. Zo bereiken we opnieuw het centrum: de Igreja Santo Amaro.  Daar is een kerkdienst bezig in de bomvolle kerk. Achteraan wordt er zelfs recht gestaan! Hm … vijftig jaar geleden heb ik voor het laatst een volle zondagskerk gezien. Weer een eindje verder worden we gelokt door vrolijke, luide gezangen: in de protestantse Igreja Evangelica do Nazareno is ook een “dienst” aan de gang. Er wordt gezongen, gedanst, in de handen geklapt, voorgelezen. ‘t Gaat er vrolijk aan toe. We worden zelfs uitgenodigd om binnen te gaan en foto’s nemen mag ook.

Igreja Evangelica do Nazareno, Tarrafal

We bereiken opnieuw het strand van Tarrafal. Tijd voor een biertje op het terras van een bar, aan de rand van een klein parkje. Zo kunnen we de “couleur locale” bekijken. Drie vrouwen met manden kokosnoten op hun hoofd komen aangewandeld. Misschien omdat ik belangstellend kijk, komt één van hen naar het café-terras, biedt ons een stukje kokosnoot aan en vraagt of we geen kokosnoot lusten. “Boa, boa” zegt ze voortdurend.  OK, we proberen het; voor 250 $ (=escudo) kunnen we niet bedrogen zijn. De verkoopster neemt haar machete in de ene hand, de noot in de andere en hakt drie keer op de bast in. In mijn verbeelding zie ik de bloederige vingerkootjes alle kanten op vliegen. Maar nee: er is netjes een luikje in de kokosnoot gehakt. Daar gaat een rietje in … drinken maar. Even later komt de machete-vrouw terug, hakt de noot vakkundig met één houw in twee en biedt ons elk een stuk wit kokosnoot-vlees aan. Een deel van die “couleur locale” zeker? Net zoals de familie die in het parkje met een uitgebreide zondagse lunch uitpakt. Drie straathonden drentelen loensend rond hun pick-nick tafel.

Tarrafal, Cabo Verde

Tarrafal, Cabo Verde

In de jaren dertig van de vorige eeuw bouwde de Portugese dictator Salazar het zogenaamde “Campo da Morte lenta” een concentratiekamp, net buiten Tarrafal; bedoeld om dissidenten en politieke concurrenten uit te schakelen. Gevangenen verbleven er permanent in kleine cellen zonder verluchting en met minimaal daglicht. Zodra de onafhankelijkheidsbeweging in de Portugese kolonies in Afrika de kop op stak, kregen ook de voorvechters daarvan een ticket enkele reis naar Tarrafal, Campo da Morte Lenta. Volgens onze reisgids (Bradt guide, 😊) kan je dit kamp nu nog bezoeken en “Given the modest entry fee, it is well worth a visit,”. Na een wel heel lichte lunch – bananen en koekjes – rijden we naar dat kamp.

Bij onze aankomst worden we “overvallen” door … een varken en een meute kinderen. Het varken negeert ons, maar de kinderen omsingelen ons en bedelen. “Money for school” willen ze – onderwijs tot 14 jaar is gratis in Cabo Verde. Een streng gezicht en voortdurend “Não, não” zeggen en ze laten ons met rust, niet zonder eerst, met enig leedvermaak “Closed!” te roepen. Inderdaad, het complex is gesloten Vandaag? Op zondag? Voor altijd? Geen idee want geen enkele informatie. Gelukkig kunnen we wel op de gevangenismuur wandelen. Zo krijgen we toch nog een beeld van het uitgestrekte kamp in de vorm van een vierkant. Terug aan de auto wacht alleen het varken ons nog op …

Tarrafal, Cabo Verde

Tarrafal, Cabo Verde

Tarrafal, Cabo Verde

Nu hebben we nog wat tijd op overschot. Laten we naar Tras-os-Montes (letterlijk: over-de-bergen) rijden, in het uiterste noorden van het eiland, een streek die we in geen enkele reisgids hebben gevonden. Een lange, brede kasseiweg leidt ons uit Tarrafal, het groen en verlaten platteland en de bergen in. Plots vliegt een grijskopijsvogel over de weg. Hij landt in een boom. Stoppen en behoedzaam foto’s proberen te nemen. Gelukt! Weer verder. We verlaten de kasseien: een smalle asfaltweg voert ons naar … het eindpunt van de weg, een rotonde in Ponta Furna. Maar wat een leuke rit, op en neer, door de groene bergen; hier en daar een paar huizen; mensen zitten op hun dorpel en kijken verwonderd naar een verdwaalde auto; een zatlap laveert over straat; kinderen spelen met een autoband …

Grey-headed Kingfisher, Tarrafal, Cabo Verde

Tras-os-Montes, Tarrafal, Cabo Verde

Tras-os-Montes, Tarrafal, Cabo Verde

Terug nu naar Tarrafal om met een Strela – lokaal biertje – te bekomen van onze “rustige” dag.

Oh ja, en hoe is dat afgelopen met onze kamer? Na veel gedoe zijn we deze avond verhuisd naar een grotere kamer waar alles werkt, alleen … er zitten geen kussenslopen rond de hoofdkussens. Ga dat maar eens uitleggen aan de receptionist die – zoals alle Cabo Verdianen – eigenlijk Creools spreekt, ook wel Portugees en basis Engels. Toch gelukt, bedankt vertaal-apps.

‘cause this is Africa …

Zaterdag 29 oktober 2022.

Met een uur vertraging – het “New National Air Navigation system” van de Portugese luchtvaartmaatschappij weet je – landen we op Nelson Mandela International Airport. Grote naam voor een kleine luchthaven waar behalve “onze” Airbus 320 nog drie kleine toestelletjes van Bestfly staan. Maar ‘t is de luchthaven van Praia, de hoofdstad van Santiago, het grootste eiland van Cabo Verde. Praia is tevens de hoofdstad van Cabo Verde zelf.

Paspoortcontrole: één rij voor diegenen die online met het EASE-systeem hun luchthavenveiligheidstaks hebben durven betalen (zie blogpost van 1 oktober); twee rijen voor de overgrote meerderheid van andere passagiers, waaronder wij. De EASE-rij – EASE staat voor Efficent Automatic Safe Entry – zou moeten snel gaan want alles is digitaal: paspoort en EASE-document zelf scannen en hop. Alleen … het systeem werkt niet. Niet efficient, niet automatisch, niet safe en entry? … nog niet voor onmiddellijk. Tweehonderd passagiers schuiven aan in drie wachtrijen die tergend traag gaan. Het liedje van Shakira spookt door mijn hoofd: ‘cause this is Africa … Een uur schuiven we aan maar de controle zelf loopt vlot: niets in te vullen; 3.400 $ per persoon betalen ($ = ook het symbool voor de escudo van Cabo Verde; 1 € = 110 escudo).

Na de paspoortcontrole is er één (tijdelijk?) standje om escudo’s te kopen Doen we: met meer dan 20.000 $ op zak 😀 kopen we een lokale sim-kaart voor 10 € aan een volgend (tijdelijk?) standje. Dat garandeert navigatie met Waze en internet onder de weg. Dan onze valiezen ophalen – die staan al meer dan een uur op ons te wachten. Ten slotte huurauto ophalen bij Herz – internationaal rijbewijs niet nodig – en dat gaat heel vlot. De auto heeft wel meer dan 95.000 kilometer op de teller en staat vol krassen. maar dat is normaal volgens Herz: de luchthaven parking ligt vol kiezels. Bovendien maken sommigen extra krassen op de auto als ze bij tanken of autowassen vinden dat ze niet genoeg fooi hebben gekregen. Maar geen zorgen: daarvoor rekent Herz aan zijn klanten niets extra aan. ‘cause this is Africa …

De hele luchthaven is heel rustig, zowel binnen in de vertrekhal als buiten en op de weg is het niet anders. We rijden op een brede asfaltweg met een minimum aan verkeer, naar Tarrafal, zo’n 65 km verder, aan het andere uiteinde van het eiland Santiago. En oh wonder, amper een paar honderd meter verder kijken we al uit op een typische Afrikaanse savanne met acacia bomen. ‘cause this is Africa … Je zou zo olifanten, giraffen en zebra’s verwachten. Helaas: het enige inheemse zoogdier in Cabo Verde is een soort vleermuis.

Praia airport, Cabo Verde

We rijden over de bergachtige ruggengraat van Santiago.  Grillige rotsformaties; kleine dorpjes; geiten, koeien en vooral veel straathonden (cachorro’s) langs en op de weg; hoge snelheidsdrempels bij het binnen- en buiten rijden van dorpjes; groen; suikerriet; maïs- en bonenvelden samen (de bonen kronkelen langs de maïs omhoog). Af en toe passeren we een aluguer: een minibusje, altijd beige of gebroken wit, Totyota Hiace. Dit is het openbaar vervoer: de busjes wachten op klanten of rijden rond en pikken actief reizigers op en pas als het voertuig propvol zit, kan de eigenlijke rit beginnen. Maar de busjes zijn niet aftands, versleten of afgeleefd: ze zien er netjes en redelijk modern uit. Allemaal Afrikaans en toch een beetje anders.

Santiago, Cabo Verde

We doen anderhalf uur over de +/- 65 km naar Tarrafal. Niet omwille van de moeilijke weg maar omdat we traag rijden om van het landschap te genieten; omwille van de snelheidsdrempels en omdat we regelmatig stoppen om foto’s te nemen. Er zijn wel geen uitwijk- of parkeerplaatsen, maar we stoppen gewoon op de weg … er zijn toch bijna geen auto’s. We spotten een ijsvogeltje, de Grey-headed Kingfischer of Grijskopijsvogel. Die heeft zich aangepast aan het droge klimaat en het ontbreken van meertjes en rivieren: hij eet alleen nog insecten, geen vis meer

Bij het binnen rijden van Tarrafal verandert de asfaltweg in … een kasseistraat. Hotel opzoeken – Tarrafal Oasis Alfandega – en inchecken. Betty stelt na een tijdje vast dat de kamer niet die is die we eigenlijk gereserveerd hebben. Bovendien spuit het water in de douche alle kanten op, behalve uit de douchekoppen. ‘cause this is Africa … Verhaal gaan halen aan de receptie: morgen krijgen we een andere kamer plus een “rebate”. Benieuwd. Maar vanuit onze kamer hebben we wel een mooi zicht op de baai van Tarrafal.

Tarrafal, Cabo Verde

Tarrafal, Cabo Verde

Nog even een avondwandeling aan het strand, de onmiddellijke omgeving van het hotel verkennen en foto’s nemen. Dan twee caipirinha’s degusteren (waarop we een half uurtje wachten (cause this is Africa). Oei … al op de eerste dag vergeet ik mijn voornemen om – gezien mogelijke diarree-problemen – geen ijs te willen. En de caipirinha’s zitten tjokvol ijsblokjes … maar wel lekker. We zien wel … of voelen het wel. Avondeten in het hotel: twee maal de peixe do dia grelhado. Maar twee maal dezelfde vis van de dag, dat gaat niet volgens de kelner. Betty krijgt een soort van zwaardvis, ikzelf een compleet onbekende vis: zout, iets tussen haring en zeebaars. OK, maar niet om over naar huis te schrijven. Dus stopt mijn verslag hier. Tot morgen.

P.S. Caipirinha’s plus avondeten kosten ons omgerekend amper 31 € in totaal.

Tarrafal, Cabo Verde

Tarrafal, Santiago, Cabo Verde

Cabo Verde, anders …

Quem mostra’bo esse caminho longe?
Wie heeft jou deze verre weg getoond?
Uit “Sodade” door Cesária Évora.

Cabo Verde flag

As ilhas de Cabo Verde. Zo noemden de Portugezen een groep eilanden ongeveer 600 km ten westen van de echte “Cabo Verde”, het huidige “Cap Vert” in Senegal, het meest westelijke punt van het Afrikaanse vasteland. De República de Cabo Verde, in Vlaanderen en Nederland beter bekend als “de Kaapverdische Eilanden” of “Kaapverdië”, is een onafhankelijk land bestaande uit 10 eilanden van vulkanische oorsprong, 9 daarvan bewoond. Zelfde breedtegraad als de Sahel. Sommige eilanden, zoals Sal, Boa Vista en het onbewoonde Santa Luzia “genieten” van hetzelfde droge woestijnklimaat. Sal en Boa Vista zijn “tour operator wingewesten” met enorme resorts en rechtstreekse vluchten vanuit Brussel. Zon, zee, strand, zwembad, restaurants … all-in … voor 95% van alle toeristen in Cabo Verde, maar niet voor ons weggelegd.

Wij kiezen voor het “hoofdeiland” Santiago, voor São Vicente en Santa Antão om de “couleur locale” op te zoeken en te wandelen. We organiseren alles zelf. Dat leidt, na veel opzoeken, veranderen, aanpassen, regelen, plannen en boeken tot het volgende reisschema:

  • 29/10/2022 – Vlucht Brussel – Lissabon, aansluitend Lissabon – Praia, Santiago met TAP.
  • 05/11/2022 – Binnenlandse vlucht Praia – Mindelo, São Vicente maar via Sal (want op onze geplande reisdag – zaterdag – blijkt er vanuit Praia geen rechtstreekse vlucht naar Mindelo te zijn; zo “zien” we ook nog een stukje van Sal 😉) met BestFly Cabo Verde.
  • 05/11/2022 – CV Interilhas ferry Mindelo – Porto Novo, Santo Antão.
  • 09/11/2022 – Terug met ferry naar Mindelo.
  • 12/11:2022 – Terugvlucht Mindelo – Lissabon, aansluitend Lissabon – Brussel.

“Island hopping” heet dat.

Auto huren op Santiago en Santa Antão, São Vicente is daarvoor te klein. Hotels boeken.

In vergelijking tot de rest van Afrika is Cabo Verde een relatief “rijk” land: 14de plaats uit 54 Afrikaanse landen, gerangschikt volgens Bruto Binnenlands Product per inwoner. Maar de droogte als gevolg van klimaatopwarming, het wegblijven van toeristen door COVID-19 en stijgende voedselprijzen door de oorlog in Oekraïne hebben het land zwaar getroffen. Van de totale bevolking werkt bijna 70 % in de toeristische sector met – pré-Corona – zo’n 750.000 jaarlijkse toeristen in Cabo Verde, voornamelijk Engelsen, Portugezen, Fransen, Duitsers en … Belgen. In 2020:  nog amper 150.000 bezoekers. Voedsel-onzekerheid bedreigt nu 32 % van de bevolking. In juni 2022 is de economische en sociale noodtoestand uitgeroepen (Bron: World Food Programme Anderzijds – en in tegenstelling tot wat vele reisgidsen en tour operators ons willen laten geloven – behoort Cabo Verde tot het select clubje van tien veiligste landen ter wereld, veiliger dan België of Nederland (Bron: Wereld-veiligheidskaart van International SOS. Hopelijk dragen we als toeristen in alle veiligheid een steentje bij aan de lokale economie.

Voor wie niet kan wachten op ons reisverslag of nu al alles wil weten over Cabo Verde, zijn deze websites de moeite waard:

Wordt vervolgd …

P.S. Geen visum nodig voor Cabo Verde, maar je aankomst moet je wel on-line registreren en een “luchthavenveiligheidstaks” van +/-31 € betalen. Alleen … internet-browsers zoals Safari, Chrome of Firefox detecteren ernstige beveiligingsrisico’s op de registratie-website: wachtwoorden, e-mailadressen of creditcardgegevens kunnen gestolen worden! Beter niet doen en ter plaatse registreren en betalen!