Kardamyli.

2 juni 2022

‘t Wordt hoog tijd om een keer al wandelend de natuur van de Peloponnesos te ontdekken. Daarvoor gaan we Laconia – de streek waar we nu zijn – verlaten. We trekken naar de Mani, naar Kardamyli. Oh ja, naast “spartaans “hebben de krijgers van Sparta ons ook het woord “laconiek” (van Laconia) nagelaten. Het verhaal gaat dat toen Sparta weer eens één of ander burcht wou veroveren, de kasteelheer de Spartanen waarschuwde: zijn boogschutters zouden een dusdanige pijlenregen afschieten dat de zon erdoor zou verduisteren. Waarop de Spartanen laconiek antwoorden: “Perfect, wij vechten het liefst in de schaduw!”

Opnieuw is het een plezier hier te rijden: geen verkeer, pittoreske wegen, wilde natuur, typische dorpjes. Een vos steekt plots de weg over. Even verder doet een stokoude Griek dat ook. Met zijn wandelstok wuift hij ons zijn dorpje uit. 

Kardamyli dan: charmant havenstadje geprangd tussen de zee en het Taygetos-gebergte (op sommige toppen ligt zelfs nu nog een beetje sneeuw). Voor de kust een klein eilandje, Meropi. Hier zou ooit een Venetiaans kasteel hebben gestaan. Heel wat leuke restaurantjes langs de kust. Maar daarvoor hebben we nog geen tijd. We zijn gekomen om te wandelen en nemen de eerste brede voetweg, met grote stenen geplaveid (dat heet hier een kalderimi), richting de bergen. Al snel passeren we overblijfselen van een Byzantijns aquaduct en komen we langs de achterkant van oud-Kardamyli. Aan het oude, vierkante  “dorpsplein” ligt de Agios Spiridon (kerk) en een versterkte toren. Dan trekken we de berg op via een snel stijgend, rotsachtig smal pad. 

Kardamyli, Mani, Peloponnesos

Kardamyli, Mani, Peloponnesos

Aquaduct, Kardamyli, Mani, Peloponnesos

Kardamyli, Mani, Peloponnesos

‘t Is hier zeer groen. Gelukkig, want dat zorgt voor veel schaduw. Uiteraard krijgen we, tussen de begroeiing door mooie uitzichten over Kardamyli en de baai. Bij momenten voelt het alsof we in een soort kruidendoos wandelen: wilde tijm, venkel, salie geuren om ter sterkst terwijl de Cleopatra-vlinders ons om de oren fladderen. Boven ligt opnieuw een kerkje – wat had je gedacht – de Agia Sophia. Maar we nemen een licht dalend en breed pad. Aan restanten van Byzantijnse waterwerken merken we kleurrijke rups van wel 10 cm. Blijkt de rups van de zeer zeldzame Wolfsmelkpijlstaartvlinder te zijn. 

Kardamyli, Mani, Peloponnesos

Kardamyli, Mani, Peloponnesos

Kardamyli, Mani, Peloponnesos

Wolfsmelkpijlstaartvlinder, Kardamyli, Mani, PeloponnesosOns pad lijkt te eindigen aan een droge rivierbedding vol met fel witte, grote keien en rotsblokken. Hoe loopt het pad nu? Na enig zoeken en GPS bestuderen, moeten we besluiten dat het pad alleen maar kan verder lopen door de droge rivierbedding. Dat proberen we, hoewel het vreselijk moeilijk stapt. Maar inderdaad: een tiental meter verder merken we de blauw-witte merktekens van de wandeling! Dus sjokken we maar verder over de verblindend witte keien, een kloof in. Een enkele keer draait het “wandelpad” de oever op en stappen we door het bos. Maar meestal is het klauteren over de keien, doorheen een spectaculaire kloof met prachtige natuur, 2,5 km lang. Gelukkig veel schaduw. We doen bijna 3 uur over een wandeling van nog geen 6 km!

Kardamyli, Mani, Peloponnesos

Kardamyli, Mani, Peloponnesos

Kardamyli, Mani, Peloponnesos

Hoog tijd voor lunch bij Psaras een terrasrestaurant langs de zee. Kakavia (vissoep met vis) voor mij, gebakken schijfjes courgettes (waar teveel aardappelschijfjes tussen zitten) voor Betty. Niet om over naar huis te schrijven (en toch doe ik het hier 😉). Het brood met de olijfolie is echter wel fantastisch! 

Nu nog even Kardamyli rond wandelen, oude stadsdeel door lopen en dan naar “huis”. De rust hebben we vandaag wel verdiend. 

Monemvasia.

1 juni 2022

‘s Morgens vroeg terrasdeur open en naar de zonovergoten baai kijken. Alleen … een ongenode gast vliegt onze kamer binnen: een zwaluw! We laten ze rustig rondfladderen – af en toe “plakt” ze aan de muur of het plafond. Als ze alles goed geïnspecteerd heeft, vliegt ze weer langs dezelfde  weg buiten; en zonder iets achter te laten!

Als we gisteren in Mystra de ruïnes van een oude en verlaten Byzantijnse middeleeuwse stad bezochten, gaan we vandaag een nog bewoonde en zeer levendige Byzantijnse middeleeuwse stad bezoeken: Monemvasia! De weg er heen is pittoresk – niet te vergelijken met gisteren natuurlijk – maar biedt toch mooie uitzichten over de zee. Onder andere van een scheepswrak op een strand en eilandjes langs de kust.

Maar Monemvasia is van een andere orde. Om te beginnen de ligging: achter een gigantische rots die met een smalle landtong vast zit aan de Peloponnesos. Geen auto’s toegelaten, nergens binnen de muren van de stad. En die muren zijn intact met maar één met auto’s bereikbare ingangspoort. Alle eten en drank voor de bewoners van dit stadje moet met kruiwagens of handmatig in grote zakken ter plaatse worden gebracht. De straatjes zijn smal,  soms zelfs maar één persoon breed en nooit horizontaal. Langs de “hoofdstraat” is elk huis een taverna of winkel van toeristische spullen.

Monemvasia, Peloponnesos

Entrance, Monemvasia, Peloponnesos

We dwalen hier een paar uur rond. Zonder plan want uiteindelijk is er toch maar één in/uitgang! Vol verbazing genietend van dit eigenaardige stadje waar achter elke straathoek zich een nieuwe pleintje vertoont, of een nieuwe arcade, of een nieuw Byzantijns kerkje, of zelfs een moskee. Alles dan nog een keer “overwoekerd” door oleanders en ander groen in bloei. Vanop het centrale plein (eigenlijk pleint je) zie je duidelijk hoe Monemvasia tegen de rotsen is geplakt. Camera’s en smartphones draaien hier overuren.

Monemvasia, Peloponnesos

Monemvasia, Peloponnesos

Monemvasia, Peloponnesos

Monemvasia, Peloponnesos

Monemvasia, Peloponnesos

Dan op en langs de kantelen wandelen. Twee werkmannen graven zwetend naast een muurtje. Als we voorbij stappen, kijken ze op, elleboog op de spade en … “Goedendag!” horen we plots. In een mengeling van gebroken Engels en Duits leggen ze uit dat ze … we begrijpen het niet goed … in Duitsland hebben gewerkt of een Duitse buurman hebben. En eigenlijk bedoelden ze “Guten Tag!”. Maar vriendelijk zijn ze wel en ze wensen ons uitbundig “einen schönen Tag”. Efcharistó mannen, bedankt.

Monemvasia, Peloponnesos

Monemvasia, Peloponnesos

Monemvasia, Peloponnesos

In de oostelijke muur is een tweede “toegangspoort” maar die leidt alleen maar een paar honderd meter verder naar een vuurtorentje, eind negentiende eeuw gebouwd. Daar ontmoeten we twee Nederlandse toeristen, enerzijds ervaren Griekenland-gangers, anderzijds hebben ze nog nooit van Mystra gehoord!? En Monemvasia bezoeken ze nu voor het eerst hoewel ze hier jaren geleden ook in de buurt waren! Dan worden we plots opgeschrikt door een luide knal, lijkt op een ontploffing of vulkaanuitbarsting of vliegtuig dat door de geluidsmuur vliegt. Gek, onrustwekkend. Maar we doen verder met “in de straten van Monemvasia verdwalen”. Om Wannes van de Velde te parafraseren: “De klank van deze stad maakt onze ziel amoureus!”  Tot er opnieuw een knal komt, en nog één.  Dan één waarbij de ruiten van sommige huizen gaan trillen. Mysterie! Als we lunchen in één van de restaurantjes aan de hoofdstraat, heldert de kelnerin de zaak op: oefeningen van het Griekse leger, vermoedelijk met zware artillerie.

Monemvasia, Peloponnesos

Monemvasia, Peloponnesos

Hoe is dit Monemvasia zo goed en zo lang bewaard gebleven. De naam zegt het al: Monemvasia = “enige ingang”; de smalle landengte en de enige toegangspoort waren gemakkelijk te verdedigen. En op een andere manier geraakte je er niet in.

Tijd om terug te keren naar 100 Rizes (behalve een dode slang op de weg, niets meer te melden) en nog wat te genieten van zon en zee onder de olijfbomen.

Mystra.

31 mei 2022

We schuiven op in de tijd: eergisteren de Griekse klassieken (Epidauros), gisteren het Romeinse Korinthe, vandaag staan de Byzantijnse middeleeuwen in Mystra – 5 km van Sparta – op het programma. En niet Sparta zelf? Nee, het huidige Sparta is maar zo oud als het moderne Griekenland, een kleine twee honderd jaar dus. Er zijn geen opgravingen, burchten, kerken of paleizen van enige betekenis overgebleven. De Spartanen zijn overigens niet bekend voor het bouwen van veel monumenten of versterkte kastelen. Te druk bezig met oorlogje spelen.

We “verkassen” vandaag ook: op naar onze tweede verblijfplaats; niet meer “self-catering” maar hotel-service in 100 Rizes in Gytheio. Onderweg dus Mystra aandoen. Keuze uit twee routes: de snelle route langs de autostrade, anderhalf uur; die nemen de meeste toeristen die van het noorden naar Mystra rijden. Of de “scenic route” langs Kastanitsa. Die kiezen we!

Aanvankelijk loopt de weg langs de rand van de zee, soms hoog er boven, dan weer op zeeniveau. Maar al snel draaien we het bergachtige binnenland in. We rijden langs de randen van de Tripotamia kloof met aan onze rechterkant de steile, groene hellingen van de Parnonas-berg. Dit moet wel de mooiste weg van gans de Peloponnesos zijn: overal wilde natuur, geen huizen, geen dorpjes. Ontelbare gele, roze, paarse bloemen en struiken langs de weg. Van de meeste kennen we niet eens de naam en/of hebben we nog nooit gezien. Voortdurend stoppen we: om het volgende spectaculaire panorama vast te leggen. Dan plots: ongelooflijk, een Griekse landschildpad aan de rand van de weg! Opnieuw stoppen uiteraard en het beestje van dichtbij bekijken en fotograferen.

Tripotamia, Peloponnesos

Griekse landschildpad, Peloponnesos

Als we Kastanitsa naderen laat de technologie ons in de steek: we rijden – volgens Waze – plots “off-road”! Lichte paniek als er ook geen GPS-signaal meer wordt ontvangen. Anderzijds, we staan wel op een kruispunt net voor Kastanitsa, maar tientallen wegen zijn hier niet. We belanden in het dorp zelf: straatjes van precies één auto breed, met langs de ene kant huizen en langs de andere kant een muurtje naast de kloof. Kompleet verloren zijn we. Gaan we ons vast rijden in dit dorpje? Rustig blijven en traag verder rijden, tot we aan het andere eind van het dorp een kleine parking bereiken. Oef! Uitstappen en een vriendelijke Griek zoeken (zijn er andere?) die ons de richting van Sparta kan aanwijzen. Vele stenen huizen hier hebben houten terrassen die uitkijken over de kloof.  Voor één van zo’n huizen vragen we de weg aan twee dames. Gelukkig blijken die Engels te spreken. “Sparti, Sparti” … ze wijzen ons de richting aan … ze waaien driftig met hun armen: altijd rechtdoor. ‘t Is natuurlijk wat je rechtdoor noemt. De weg – tot nu toe goed geasfalteerd – verandert af en toe in een grintweg. Waar die weer asfalt wordt, zit hij vol “potholes”, Afrika waardig. Maar … we hebben weer GPS-bereik! Alleen … nog twee uur tot Sparta/Mystra. Niet erg, we kunnen weer rustig genieten van het landschap, nu voornamelijk dicht dennenwoud.

Tot we opnieuw een dorpje door rijden. Leuk dorpsplein met een taverna, dus stoppen voor een koffie. Vier mannen lunchen voor de taverna onder de iepen. Één van hen blijkt de baas van de taverna te zijn. “Kalispera”, kunnen we een koffie krijgen? Natuurlijk, een echte Griekse koffie kompleet met een wat muffe smaak en veel koffiegruis op de bodem van het kopje. Nog een oude klant, met knoestige wandelstok en mooie snor komt aangesjokt en ploft neer op zijn vermoedelijk “eigen” stoel op het terras. Authentieker Grieks kan het hier niet. We genieten van elke minuut!

Kastanitsa, Peloponnesos

Laconia, Peloponnesos

Laconia, Peloponnesos

Laconia, Peloponnesos

Na in totaal drie uur rijden, vier tegenliggers – stuk voor stuk auto’s van meer dan dertig jaar oud, dus van de “locals” – en twee dorpjes bereiken we opnieuw een hoofdweg die ons in een mum van tijd door Sparta voert. Op naar Mystra.

Het ommuurde Mystra is een veelal ongekende en dus onbeminde en weinig bezochte parel van de Peloponnesos. Om te beginnen liggen de ruïnes van deze stad op een eigenaardige hoge rots, die van de achterliggende bergen los geslagen lijkt te zijn. Bovendien is dit een middeleeuwse Byzantijnse stad, in concentrische cirkels gebouwd rond de burcht op de top van de rots. We parkeren de auto aan de “Castle gate” bovenaan de berg. Klimmen toch weer tot aan de ruïnes van het kasteel – mooi panorama, maar Palmidi in Nafpoli of de Acrocorinth zijn spectaculairder. Dan dalen we af naar de “Upper town” waar de betere klasse woonde. In de Agia Sophia, een eerste Byzantijnse kerk zijn nog gedeeltelijk oude fresco’s te zien. Iets lager wordt het “Paleis van de Despoten” gerestaureerd. Maar Betty heeft ook oog voor de kleine dingen, de heel erg kleine zelfs. Ze ontdekt een zeer zeldzame, mooie lentevuurspin. Duidelijk een mannetjesspin: met helderrood achterlijf met vier grote zwarte stippen. De vrouwtjes die je bijna nooit ziet, hebben een eerder oranjekleurig behaard achterlijf. Dit mannetje is nu duidelijk op zoek naar een partner. Succes jongen, wij moeten verder want deze site is zeer uitgestrekt.

Mystra, Peloponnesos

Mystra, Peloponnesos

Mystra, Peloponnesos

Mystra, Peloponnesos

Lentevuurspin, Mystra, Peloponnesos

We kunnen te voet naar de “Lower town” maar dan moeten we later helemaal terug naar boven, naar de auto. Dus doen we het “gemakkelijker” (‘t is 30° C en steil terrein): nu terug naar de auto, naar beneden rijden en dan via de “main gate” te voet opnieuw naar binnen (met zelfde ticket!). Nog meer kleine straatjes en Byzantijnse kerken met restanten van fresco’s … Pantanassa, Agios Georgios, Metropolis … Langzaam aan beginnen we te lijden aan een overdosis monumenten en stenen. Hoog tijd dus om verder te rijden naar onze verblijfplaats voor de volgende dagen: 100 Rizes, een resort aan de Laconische golf.  Hoog tijd ook om wat uit te rusten, pootje te baden in de zee, rustig te dineren en de belevenissen van vandaag te laten bezinken. Tot morgen.

Mystra, Peloponnesos

Mystra, Peloponnesos

100 Rizes, Peloponnesos

Korinthe.

30 mei 2022

Onderweg naar Korinthe onder een staalblauwe hemel en stralende zon. Grotendeels langs een “groene weg”: gecultiveerde olijfbomen, abrikozenbomen, wijngaarden. Of de wat woestere versie met brem in bloei, oleanders, wilde kruiden (tijm, venkel …), bloemen (o.a. de alleen maar in juni bloeiende acanthus), dennen, cipressen, johannesbroodbomen. Langs de kanten zie je – zelfs op de meest verlaten plaatsen – mini-kerkjes of -kapelletjes op palen. Sommige zijn zelfs Byzantijns geïnspireerd. Blijkbaar herdenken die niet alleen verkeersslachtoffers (zo afgrijselijk is het verkeer in de Peloponnesos niet) maar richten de Grieken die ook op om van één of andere heilige een gunst te bekomen, of juist te bedanken voor verkregen voordeel, of … alle redenen zullen wel goed zijn.

Peloponnesos

Oud-Korinthe. 

Om 10 uur staan we aan de ingang van de ruïnes van “Ancient Corinth”, de restanten van de Romeinse stad die onder Julius Cesar werd heropgebouwd. Onmiddellijk vallen de zeven nog recht staande zuilen van de tempel van Apollo op. En de “fontein van Glauke”, alleen nog maar een groot rotsblok met eigenaardige scheuren aan de zijkanten. De site is uitgestrekt en leent zich opnieuw uitstekend tot een leuke rustige wandeling tussen de oude ruïnes. Hier zou ook de apostel Paulus hebben gelopen. Te oordelen aan alle opvoedkundige en geestelijke instructies uit zijn “brief aan de Korinthiërs”, moeten ze het in die tijd nogal bont hebben gemaakt in Korinthe. Onder een boom in de schaduw celebreert een Amerikaanse pastoor (kazuifel over short) een mis voor een twintigtal gelovigen. Reïncarnatie van de apostel Paulus?

Veel toeristen? Helemaal niet! (Zie foto’s) Behalve dan in het kleine, maar interessante museum op de site waar een aantal hier gevonden marmeren beelden pronken. Ook een klein (40 cm) maar zeer gedetailleerd beeldje van Asklepios (ja, die van gisteren).

Tempel van Apollo, Korinthe, Peloponnesos

Tempel van Glauke, Korinthe, Peloponnesos

Korinthe, Peloponnesos

Korinthe, Peloponnesos

Korinthe, Peloponnesos

Asklepios, Korinthe, Peloponnesos

Net buiten de site is er een “toeristen-straatje” (of toeristen-val?): elk huis een café, restaurant of winkel, o.a. van keramiek en marmeren beelden. Ik proef er yoghurt, uit Griekenland dus, met “melí”, honing. Nee, geen “Griekse yoghurt” zoals bij ons. Deze is niet zuur, niet fluweelachtig maar integendeel consistenter dan b.v. roomijs. En met de beste honing van de hele wereld (zeggen de Grieken zelf) is dit een lekkernij.

Korinthe, Peloponnesos

Acrocorinth. 

Toen we met de auto Korinthe naderden zagen we het al: een reusachtige rots – meer dan 500 meter hoog – die de omgeving domineert. Daar bovenop dan nog een keer een uitgestrekte vesting, drie keer ommuurd: Acrocorinth. Daar te voet naar toe gaan zou bij deze hitte gekkenwerk zijn. Met de auto echter: geen probleem! Kleine parking aan de ingang maar ook dat is geen probleem want veel toeristen komen hier niet. Je moet immers in uitstekende conditie zijn – EN goede stapschoenen hebben EN water mee hebben – om de lange toegangsweg met spekgladde kasseien te volgen. Doorheen de drie opeenvolgende verdedigingsmuren. Om dan, helemaal boven de gigantische site te ontdekken met hier en daar, sterk verspreid, ruïnes van een moskee, een kerkje (van Sint Demetrios), wachttorens … Van hierboven heb je van verschillende kanten een ongelooflijk uitzicht op het Griekse vasteland, of langs de andere kant op de bergen van de Peloponnesos, op de zee … Alleen is het voortdurend klimmen en dalen. Een geit (pas goed te zien met telelens) bespiedt ons vanop een bergrand.

Overigens is de toegang tot Acrocorinth gratis! Maar sluit wel al om 15u30.

Acrocorinth, Korinthe, Peloponnesos

Acrocorinth, Korinthe, Peloponnesos

Acrocorinth, Korinthe, Peloponnesos

Acrocorinth, Korinthe, Peloponnesos

Op de terugweg passeren we in de buurt van Mycene.  Helaas, enerzijds zijn we fysiek leeg (mentaal is wat anders!), anderzijds is het al te laat. Mycene moeten we voor een andere reis bewaren … ooit. Wel zoeken we nog een supermarkt in Nafpoli, een echte dan want alle dorpswinkeltje’s heten ook “supermarkt” in de Peloponnesos. En je kan niet vier dagen groenten-stoofschotel met couscous of pasta eten, hoe vers de groenten ook zijn!

En om ons verblijf in Kiveri af te ronden, nog een laatste wetenswaardigheid: hier in Kiveri mondt een karst-bron ondergronds uit in zee. Een half-cirkelvormige dam is rond de bron gebouwd om te beletten dat het zoete water in zee stroomt. Dat water kunnen ze hier immers goed voor bevloeiing van hun velden gebruiken.

Kiveri, Peloponnesos

P.S. Je rijdt hier maar beter met GPS of navigatie-app: wegwijzers, vooral naar de kleinere dorpen, zijn dikwijls alleen in het Grieks en met Griekse letters.

Road signs, Peloponnesos

Epidauros, Asklepios en nog wat.

29 mei 2022

Meli Apartments, Kiveri, Peloponnesos, 6u30.

De zee is grijs als van vloeibaar lood. De zon piept juist boven de bergtoppen achter Nafplio. Vissersbootjes pruttelen heen en weer in de baai. ‘t Is onweerachtig. Maar wel warm. Op naar het beroemde theater van Epidauros, samen met de Atheense Akropolis één van de best bewaarde gebouwen van de klassieke Griekse oudheid.

Epidauros.

De weg voert ons via Nafplio door een golvend landschap – olijfbomen domineren – onder een inmiddels weer stralende zon. Weinig verkeer, relax rijden. Er is een immense parking aan de ingang van Epidauros, voorlopig (10 uur) zwaar onderbezet. Ook maar een paar toerbussen. Het theater maakt zijn reputatie waar: ronduit indrukwekkend! Biedt plaats aan 14.000 toeschouwers; gebouwd volgens de regels van de gulden snede; spectaculaire akoestiek.

Epidauros, Peloponnesos

Epidauros, Peloponnesos

De juiste manier om van dit architectonisch kunststuk te genieten is – volgens ons dan toch – helemaal bovenaan, in de schaduw. Van daar uitkijken over de “bühne” beneden met een zonovergoten, groen landschap op de achtergrond. Toeristen – geen overrompeling zoals we gevreesd hadden – komen en gaan op de toneelvloer, meestal snel en zonder naar boven te klauteren. Sommigen roepen (niet nodig) fluiten of klappen in de handen. Een enkeling zingt. Één mevrouw zucht luid: 55 rijen hoger duidelijk te horen. Zeg nu nog dat de wereld geen schouwtoneel is. We blijven lang toekijken …

Epidauros, Peloponnesos

Epidauros, Peloponnesos

Asklepios. 

Links van het theater ligt het “heiligdom” van Asklepios. De meeste toeristen laten dit dan ook effectief links liggen. Onterecht, want deze uitgestrekte archeologische site leent zich uitstekend tot een rustige, zonovergoten wandeling. Andermaal prachtige foto-opportuniteiten. Overigens zou Asklepios, een zoon van Apollo, zich vooral met geneeskunde hebben bezig gehouden – vandaar de “esculaap staaf” van de apothekers – waardoor hij dan weer de toorn van Hades, broer van Zeus en heerser van de onderwereld over zich heeft gekregen. En zo verder, en zo verder … Griekse mythologie, hé.

Asklepios, Peloponnesos

Asklepios, Peloponnesos

Asklepios, Peloponnesos

Zin in een vers geperst sinaasappelsap – 400 ml, wel aangelengd met water – op het schaduwrijke terras van de “taverna” aan de ingang van het hele complex. “Where are you from”, de klassieke vraag van alle kelners in toeristische bezienswaardigheden. Maar ondertussen oefen ik mentaal mijn bestelling in het Grieks: “Éna fresko chymó portokalioú”. Als ik bestel, krijg ik lachend een vuistje van de kelner die luid “Dank u wel”, antwoordt! Even later wordt een koppel Franse toeristen begroet met “Bienvenu, la vie est belle”! Griekse kelners: een verhaal apart.

De ultieme Peloponnesische lunch. 

Op de terugweg rijden we van de hoofdweg een smalle zijweg in. Olijfbomen in bloei – piepkleine witte bloemetjes – langs beide kanten van de weg. Geen dorpen, geen huizen, alleen olijfbomen. Ideale plek om te stoppen! In de schaduw van een oude olijfboom onze meegebrachte lunch eten en er beendroge Griekse landwijn uit een plastic flesje bij drinken = de ideale lunch in de Peloponnesos, voor ons dan toch. 😀

Peloponnesos lunch.

Myli. 

In Myli, het dorpje net voor Kiveri, wijst een bruine wegwijzer naar een archeologische site. Hoewel ieder dorp hier wel zo’n bruin bord wijzend naar opgravingen lijkt te hebben, besluiten we toch om die wegwijzer te volgen: ‘t is een niet-verharde weg tussen sinaasappelbomen. Het blijkt dat hier de site van “Lerna – Het huis met de dakpannen” is, zo een kleine vijf duizend jaar oud. Veel is er niet meer van over. Wel betalen we 2€ pp, seniorenprijs. Hier zou een ingang van de onderwereld van Hades zijn – niet gevonden, gelukkig – en zou Hercules de veelkoppige Hydra hebben verslagen – ook geen sporen van terug gevonden.

Myli, Peloponnesos

Kyveri. 

Inmiddels heeft de lucht dezelfde loodgrijze kleur gekregen als de zee. Achter Nafplio pakken blauwzwarte wolken samen. Tijd voor een hazenslaapje in ons appartement in Kyveri. Maar een uurtje later zijn we alweer op pad, ondanks de dreigende luchten en de bij wijlen felle wind. We wandelen naar het haventje, langs de rand van de zee – de mini strand-boulevard van Kyveri, kompleet met bars en restaurantjes waar – zoals hier in de Peloponnesos blijkbaar de gewoonte is – tafels urenlang niet worden afgeruimd!

Kyveri, Peloponnesos

Vanop het terras van ons appartement, wisselen we af en toe een paar woorden in het Engels met onze “buurvrouw”, vermoedelijk eigenaar van dit vakantie-appartement. Zo ook deze avond. Vijf minuten later belt ze ineens bij ons aan! Met een schaaltje “moúrias”, moerbeibessen. “Moúrias, superfruit”, zegt ze zelf. Duizend maal “Efcharistó”, lieve Griekse mevrouw. Die Grieken blijven ons verbazen.

Inmiddels klaren de dreigende luchten op. De zee is weer azuurblauw … de bergen kleuren okergeel. Je zou van minder poëtisch worden.