Maandag 7 augustus 2023.
Om 7 uur – de zon is nog niet op – is de mamá van José al het zwembad aan ‘t kuisen en de bloemen, planten en struiken water aan ‘t geven. De papá zit ondertussen in het kippenhok. Een half uurtje later brengt mamá zes verse eitjes en legt mij uit dat we de rijpe appels van hun appelboom mogen plukken. Muchas gracias, mamá!
Het Paraje Natural del Torcal ligt op meer dan 1.300 meter hoogte. Vanaf ons vakantiehuis moeten we 700 meter stijgen op 6 kilometer, ofwel een stijgingspercentage van gemiddeld 11%. Geen probleem: onze T-Cross VW kan dat aan. Iets voor negen – het bezoekerscentrum opent om 10:00 uur, maar het park zelf is toegankelijk – staan we al boven. Een tiental auto’s op de parking, stralende zon en aangename temperatuur. We kiezen voor de “lange” 2,77 km wandeling.
Een 200 miljoen jaren geleden vormde zich een dikke laag schelpen en skeletten van zeedieren op de bodem van de oceaan. Onder hoge druk veranderde deze laag in kalksteen en werd geleidelijk omhoog geduwd tot ver boven zeeniveau. Onder invloed van regenwater, sneeuw en wind erodeerde die laag tot wat we nu kunnen zien: een karstgebergte met grillige grijs-witte rotsen.




Onze wandeling is “pittig”: een bijwijlen smal pad stijgend en dalend over rotsen, soms door kloofjes van één persoon breed. We doen er meer dan twee uur over. Maar wat een eigenaardig, magisch landschap met opeengestapelde rotsen die de wetten van de zwaartekracht tarten. Af en toe spotten we, altijd op de top van kliffen, een “cabra montés” – berggeit. ‘t Zijn vrouwtjes herkenbaar aan de kleinere horens. Boven ons zweven “buitres leonado” – vale gieren – speurend naar kadavers. Veel schaduw en heerlijk koel! We komen uit bij de cafetaria van het bezoekerscentrum. Lekkere espresso, prachtig uitzicht vanaf het terras, naar keuze in de zon of de schaduw. Nog even het museumpje bezoeken? Nee, want dat is ”Cerrado por reformas”, gesloten wegens verbouwing.


‘t Is na 12 uur als we terugrijden. Nog even stoppen aan een uitzicht met rotsen die er uitzien als opeen gestapelde pannenkoeken. Heel hoog op de top van de klif zit een majestueuze mannetjes-berggeit: grote horens, ferme sik. Gelukkig hebben we de verrekijker bij!
Nu inkopen doen in Villanueva, late lunch en – zoals gisteren – siësta voor sommigen. We zijn aangepast aan de Spaanse levenswijze!
Misschien een morbide gewoonte, maar ik heb iets met kerkhoven. In de late namiddag wandelen Betty en ik naar de cementerio van Villanueva. Doden worden hier in kapel-achtige grafmonumenten “begraven” (de rijkere) of in graf-appartementen van twee, drie of vier verdiepingen (de minder rijke). Plastic bloementuilen voor iedere “woonst”: een fortuin aan plastic voor de doden.

‘s Avonds willen we vanaf ons terras naar de sterrenhemel kijken. Pech: voor het eerst is er bewolking: een grijs-witte deken ligt over El Torcal. Het enige wat we zien is de passage van west naar oost van Tiangong, het Chinese ruimtestation. Mits overgoten met een Rioja is dat ook niet slecht om de dag af te sluiten!














