Humala River Lodge.

11 november 2019.


Brom-brom … Brom-brom … Brom-brom … De hele korte nacht door. Geluid alsof er een mechanische pomp staat te draaien. Maar ’t is het geluid van kikkers. Onze “tent” ligt dicht bij de Komati-rivier … vandaar.


Het regime van Humala River Lodge in het Songimvelo park:

  • 04u30: wake-up call
  • 05u00: tea/coffee with rusks (rusks=beenharde koeken op basis van botermelk)
  • 05u30: morning game drive
  • 10u00: brunch
  • 15u00: coffee spread (een soort “afternoon tea”)
  • 16u00: afternoon game drive
  • 19u00: dinner.

’t Is grijs: van over de bergtoppen sluipen steeds meer en meer wolken de valleien van Songimvelo binnen. Komen ze van eSwatini? Een duikertje springt weg net voor onze open safari-kar. Wessel zit aan het stuur. Kleine kuddes impala, kudu en waterbuck staren ons aan vanuit de “bush”. Maar je moet hier ook op de vogels letten. Een koppel ibissen begeleidt ons met hun schril geschreeuw. Drie zwart-witte lapwings vliegen verstoord op. In de top van een grote boom zit zowaar een Afrikaanse visarend. Prachtige vogel.


African Fish Eagle

Maar Wessel heeft meer en meer oog voor de wolken. Plots beslist hij dat het welletjes is geweest:  we moeten snel terug vooraleer de regen ons overvalt. Aan 50 tot 60 km per uur rammelen we in de open safari-kar naar Humala. Te laat: ’t begint de regenen en niet zomaar een beetje, gieten doet het plots. Er zijn poncho’s maar die waaien alle kanten op – vooral als je ze niet op voorhand hebt aangetrokken, zoals ik – en bovendien drupt het water er al snel gewoon doorheen. Ik voel grote druppels langs mijn rug naar beneden glijden, probeer me op alle mogelijke manieren vast te houden en tegelijk de poncho onder controle te krijgen. Door- en doornat bereiken we Humala na amper een uurtje “game driven”. Snel een warm bad of douche? Nee, want de elektriciteit valt uit. Dan maar in bed kruipen – ’t is acht uur – in afwachting van ontbijt. Nog wat bijslapen; naar de regen kijken.


Ook in onze “tent” dringt het dierenleven binnen. Een vogel vecht met zijn spiegelbeeld in de ruit van onze deur. Een gekko – verborgen in het strooien dak – laat “iets” vallen op het hoofdkussen tussen Betty en ik in. Het ziet er naar uit alsof het de hele dag gaat regenen. Hoewel … af en toe is er een kleine opklaring. De deur mag open. Een vogel vliegt binnen en … verdwijnt … ergens.


Na het ontbijt blijft het een tijdje droog. We kunnen eindelijk te voet de onmiddellijk omgeving van Humala River Lodge verkennen. Er zijn twee uitgestippelde wandelingetjes, samen niet meer dan een half uurtje stappen. Millipedes – shongololo heten ze hier – hebben voorrang op de paadjes!


Millipedes warning Songimvelo

Shongololo Millipede

Wonder boven wonder klaart de hemel helemaal uit na de “coffee spread” van 15 uur. Opnieuw genieten we van de onbeschrijflijk mooie landschappen onder een stralende zon tijdens de “afternoon game drive”. Twee nieuwe tour-groepen zijn aangekomen in de lodge. Amerikanen, een groep uit Jamaïca. Drie safari-karren waaronder de “onze” doorkruisen Songimvelo en komen samen aan de rivier waar een drietal nijlpaarden ons briesend en snuivend vanuit het water observeren. 


Mooie sundowner: langs de ene kant gaat de zon onder, langs de andere kant komt de maan op boven de savanne. Wat kan zuidelijk Afrika toch mooi zijn … 


Sunset Humala

Morgen terug naar huis.


12 november 2019.


Andermaal is de “game drive” van deze vroege ochtend uitgeregend. Na een half uurtje in onze open safari-kar in de pletsende regen houden we het voor bekeken. Terug naar de lodge. Spijtig dat ze hier geen overdekte karren hebben. We proberen dan maar wat slaap in te halen.


10u30 – Wessel voert ons terug naar de ingang van Songimvelo, een mini-safari van 45 minuten. Toch zien we nog iets nieuws: een kudde blesbok met twee pas geboren kalfjes (maximaal twee dagen oud, volgens Wessel). 


Blesbok Humala

In de lokalen van Humala River Lodge aan de ingangspoort van Songimvelo kleden we ons om – bushkleren uit, Europese kleren aan – onder de filmaffiche van “The Ghost and the Darkness”, een film uit 1996 met Michael Douglas en Val Kilmer, opgenomen in … juist, Songimvelo.


Van de rit naar Jo’burg valt nog één noemenswaardig feit te vermelden: onze stop in “Petropoort Alzu”, een tankstation, annex winkeltjes en restaurants en met achteraan een heel grote omheinde vlakte met daarin: zebra’s, sabelantilopen, struisvogels, oryx, eland, neushoorn met afgezaagde hoorn. Doet een beetje dierentuin-achtig aan, maar toch leuk. 


Petropoort Alzu
Petropport Alzu Eland

En, oh ja: de tolpoorten op de snelwegen in Zuid-Afrika aanvaarden geen niet-Zuidafrikaanse credit cards! Alleen maar cash!


Slotsom: goed uitgestippelde reis; eSwatini en de streek er rond is zeer de moeite waard, echt “zuidelijk Afrika gevoel”; weinig of geen toeristen in deze tijd van het jaar.


Afrika: we will be back!

Songimvelo Game Reserve.

10 november 2019.


Soms is het moeilijk om de discipline van blog schrijven op vakantie aan te houden. Vooral na drie grote glazen wijn, één bij de sundowner en twee bij het avondmaal. Maar laat ik niet op de dingen vooruit lopen.


We verlaten eSwatini! Langs de Ngwenya grensovergang. Nog een laatste verkeersanomalie: een paar honderd meter voor ons stopt een auto op de snelweg om een lifter op te pikken. Die lifter loopt helemaal rond de auto, op het rechtse (voorbijsteek-)vak ! Als achterop komende chauffeur, niet gewoon om links te rijden, moet je dat dan maar voorzien. 


We hebben tijd zat, dus eerst nog een ommetje langs Ngwenya dorp: arm natuurlijk, maar proper en verzorgd. Dan de grensovergang: langs de eSwatini kant een gate pass krijgen, die laten stempelen bij “Immigration” en paspoorten laten controleren. Dan gestempelde gate pass afgeven aan de volgende stop en op naar Oshoek, de Zuid-Afrikaanse kant van de grens. Hier aanschuiven voor “Immigration”, stempel in paspoort, op naar “Customs”. Ook daar geen probleem: op 15 minuten tijd is alles geklaard.


Terwijl het weer in eSwatini nog altijd grijs en mistig was deze morgen, schijnt hier in Zuid-Afrika volop de zon. Achter ons zien we een tapijt van wolken over de bergen van eSwatini liggen. ’t Was er dan ook nog altijd mistig toen we in Silverstone Lodge deze morgen vertrokken.


eSwatini

Onze volgende – en laatste – bestemming is Songimvelo Nature Reserve in Zuid-Afrika. We worden pas om 13u30 aan de ingang verwacht, dus nog alle tijd voor een ommetje langs Badplaas, nieuwe naam: Emanzana. Niet veel zaaks. Hier zijn warm water bronnen en een resort waar we een “espresso” kunnen drinken: de espresso is heet en heeft een koffie-smaak. Daarmee is alles gezegd.


Badplaas

Op dan naar Songimvelo. Aan de toegangspoort moeten we in een apart lokaaltje wachten op iemand van Humala River Lodge die ons komt “ophalen”. We eten onze zelf klaar gemaakte lunch: boterhammetjes met ei en fruit als dessert. Maar uiteindelijk hebben we nog een vijftal appels over, een rijpe cheddar en een halve fles melk. Die geven we aan de persoon die de ingang van het park controleert en bewaakt. Hij is daar heel blij mee. Een haveloze persoon, vermoedelijk uit het dichtst bij gelegen dorp, lummelt hier wat rond. Hij vraagt water aan de bewaker van de “gate”. Hij komt even ons lokaaltje binnen, gaat dan weer weg. Hij stinkt vreselijk …


Songimvelo
Songimvelo

Na 45 minuten komt een safari-kar aangereden, een Afrikaner – manager van Humala River Lodge – aan het stuur. Hij stelt zich voor als “Wessel”. Rugzakken in de kar, auto parkeren op een schaduwrijke plek wat verder in het park, op naar de lodge: een rit van 45 minuten in het park.

We worden er verwelkomd door een tiental personeelsleden met zang en dans.


Songimvelo is, landschappelijk gezien, een fantastisch park met typisch Afrikaanse landschappen: droog savanne-gras, fris groen wordende doornstruiken en acacia’s op een achtergrond van miljoenen jaren oude bergen en rotsen. Prachtig! Jarenlang is dit gebied verwaarloosd en overgelaten aan de natuur en … stropers. Nu wordt het echter opnieuw correct beheerd. Wild is weer geïntroduceerd. Recent kreeg Songimvelo erkenning als Unesco World Heritage Site.

Dieren zijn hier nog “echt wild”, dat wil zeggen: redelijk schuw, moeilijk te spotten. Maar nogmaals: de landschappen zijn onvergetelijk! Behalve de “courante” impala’s, kudu’s en dies meer, zien we nog een struisvogel.


Songimvelo

Songimvelo

Humana River Lodge is een zogenaamd “tented camp”. De “tenten” lijken echter meer op luxe huisjes: alleen de muren zijn nog van tentzeil. Voor de rest is er elektriciteit, stromend water en alle comfort. Alleen … hier is een groep van een twintigtal luidruchtige Amerikanen neergestreken. Leuk voor een babbel maar gelukkig zijn die morgen al weer weg.


Humala Songimvelo

16u30: game drive. De zon schijnt volop. Hier en daar een wolkje aan de hemel. Drie safari-karren op een rij. Wij nemen plaats in de laatste, de enige kar met een dak, Wessel aan het stuur. Foute beslissing: na een kwartiertje staan we – voorgoed – stil bij een groepje impala’s: de contactsleutel is afgebroken. Geen mogelijkheid om de kar weer op te starten. Wessel radioot hulp …. die twintig minuten later arriveert. Iedereen overstappen in een andere safari-kar. We kunnen verder genieten van het landschap en de “usual” dieren. Opmerkelijk, bij een groepje giraffen spelen de hormonen te sterk op bij één bepaald mannetje. Die probeert een vrouwtje te versieren, nou ja … bespringt ze eigenlijk. Maar hoewel hij een tijdje vol houdt, heeft hij niet echt succes. Een ander jong vrouwtje geprobeerd: lukt ook niet. Waarschijnlijk gefrustreerd druipt de kerel af. 


Songimvelo

Nog een sundowner bij de rivier waarin een hippo met baby-hippo ligt. We drinken witte wijn uit blikken bekers en turen naar de ondergaande zon. Dan in volle vaart en in het schemerduister terug naar de lodge voor avondmaal en babbel met onze tafelgasten uit Maine, U.S.A.


Morgen om 4u30 op staan. Jawel, 4u30! Dan lijkt de zon hier op te komen: ideaal voor een morning game drive. Slaapwel.

Ngwenya.

9 november 2019.
 
Nog altijd een grijs-donkere hemel, maar de wolken rusten al ten minste niet meer op de bergtoppen. Wel nog een stukje kouder dan gisteren: 13° C.
 
Deze keer rijden we naar het noorden, naar Nwengya: glasblazers-fabriek en oude ijzermijn. Als het ’s nachts geregend heeft en er ligt een roodbruine smurrie op de weg, dan is het glad! Aan den lijve ondervonden: bij een te bruusk rem-manoeuver glijdt de auto een eind recht vooruit (met dank aan het ABS systeem). Een adrenaline-opstoot en nog voorzichtiger rijden!
 
Glas.
 
Dicht bij de Oshoek-grensovergang ligt de “Ngwenya Glass Factory”, ooit (1979) gestart als een Zweeds ontwikkelingsproject. Expert Zweedse glasblazers leidden lokale mensen op en na een tijdje (1981) werd de hele operatie aan eSwatini overgedragen. Helaas vier jaar later moest het bedrijfje stoppen … om weer twee jaar later heropgestart te worden door Afrikaners. Nu zijn er 70 personeelsleden. Er wordt alleen met gerecupereerd glas gewerkt als grondstof. Sommigen in eSwatini – vooral ouderen – hebben als enige bron van inkomsten het verzamelen van gebruikte flessen voor Ngwenya Glass.
 
Ngwenya glass factory
Ngwenya glass eSwatini
’t Is zaterdag: er wordt geen glas geblazen. De site is echter zonder dat ook wel een bezoekje waard. Uiteraard mooie collectie glazen gebruiks- en siervoorwerpen. En nog een aantal andere curio-shops en winkeltjes waar ambachtelijk gemaakte producten worden verkocht. Er is zelfs een chocolate shop waar met “Belgium chocolate” wordt gewerkt. Net zoals bij ons kan je er je assortiment pralines samen stellen. We kopen en eten een reep “Pure Belgian black chocolate”: OK, maar te zoet.
 
Belgian chocolates Ngwenya eSwatini
IJzer.
 
Een eindje verder ligt de oudste ijzermijn ter wereld, nu verlaten of beter … terug overgelaten aan de natuur. Er is een gammel hokje aan de toegang tot het mijngebied. Een gids komt naar buiten, vraagt ons toegangsticket. Dat hebben we niet; hadden we moeten kopen aan het nabije Malolotja Nationaal Park. Maar geen erg: hij regelt het wel. Het bezoek zal deels per auto – de onze! – deels te voet gebeuren. De gids stelt zich voor als P…. – onuitspreekbare en lange naam – maar we mogen hem Peejay noemen. Hij stapt achteraan in en weg zijn we.
 
Peejay vertelt: 41.000 tot 43.000 jaar geleden mijnden de San – eerste bewoners van deze streek – hier al hematiet, een erts dat gebruikt werd voor rotstekeningen en als vroege cosmetica. Maar wij stoppen eerst aan een reusachtig gat/kloof in de berg, nu deels gevuld met water: resultaat van de “moderne ijzerertsmijn” (1964 -1980). Het waterpeil blijft steeds constant in de put, ongeacht droogte of zware regenval, vertelt Peejay.
 
Ngwenya mine eSwatini
We wandelen nog hoger. Peejay is een leuke praatvaar: hij vertelt over eSwatini waar het bij wet veboden is om koning Mswati II te bekritiseren. Die koning heeft recent 90 BMW’s X7 besteld, plus nog wat Rolls Royces en jeeps voor hemzelf en zijn familie, voegt Peejay er in één adem aan toe, terwijl “The people are underpaid”. Hijzelf verdient 3.000 EM per maand, nog geen 200 EUR.
 
Hematiet.
 
Inmiddels hebben we het hoogste uitzichtpunt over de mijn bereikt. Ongelooflijk panorama: de omvang van de mijn-activiteit wordt nu duidelijk. Er is een gigantisch gat geslagen in de berg – 30 miljoen ton erts met vrachtwagens naar treinstations gevoerd, vandaar naar Maputo voor rechtstreekse verscheping naar Japan. Thuis hadden wij eind jaren zestig een Toyota Corolla … misschien gebouwd met Ngwenya-ijzer. De ontginning van ijzererts viel grotendeels stil in de jaren 70: de guerilla-oorlog van het Frelimo van Samora Machel (zie blogpost van 31 oktober 2019) maakte de spoorlijn naar Maputo onbetrouwbaar. Later zakte de wereldprijs van ijzererts zodat uiteindelijk de mijn niet meer rendabel was.
 
Vanaf de top leidt een ijzeren trap naar de “Lion cave”: de enige van de drie perhistorische ontginningen die bewaard is gebleven. Peejay toont hier het effect van hematiet: verpulverd op de huid glittert en schittert het hematiet in het licht. Bovendien beschermt hematiet-stof tegen de zon.
 
Lipn cavern eSwatini
Terug naar de auto en een eindje verder rijden. Ondanks protesten van milieuverenigingen is de mijn toch nog een keer geopend … om in 2015 vast te stellen dat hier geen hoogwaardig erts op een rendabele manier kan gedolven worden. Alles is plots verlaten, dat wil zeggen: kranen, bulldozers, reusachtige trucks staan her en der verspreid over het terrein. Hier en daar ligt zelfs nog een oude veiligheidshelm.
 
Ngwenya mine equipment eSwatini
Einde bezoek. We brengen Peejay terug naar zijn “ingangshok”. Hier moeten we 30 EM pp betalen. Maar hij kan niet terug geven op een briefje van 100. Het verschil mag hij houden – we krijgen wel een officieel ontvangstbewijs – en ik geef hem ook mijn eSwatini wisselgeld. Daar is hij heel blij mee. Wat een leuke en enthousiaste kerel.
 
Water.
 
Peejay heeft ons nog de weg naar Maguga dam uitgelegd. Niet echt nodig, maar we hebben wel aandachtig geluisterd, de belangrijkste eigenschap van de Swati’s indachtig: respect voor jezelf en de anderen. Op dus naar het water! Het landschap is er deze keer één van groene, golvende bergen waarin opnieuw reusachtige keien willekeurig lijken neergegooid. Prachtige contrasten met de rode Afrikaanse aarde. Geen dorpjes meer, wel hier en daar geïsoleerde kleine vierkante huisjes of rondavels, omgeven door paal-afsluitingen.
 
Vanop een hoogte zien we beneden de watervlakte, gecreëerd door Maguga dam (2001) op de Nkomati rivier. Even stoppen waar de Nkomati in het stuwmeer loopt. De oude brug – nog steeds in gebruik – ligt veel lager dan de nieuwe: een deel van het jaar ligt ze onder het waterniveau. Iemand toont ons leuke beeldjes die hij zelf uit de lokale steen heeft gebeiteld en gepolierd. Maar 50 Emalangeni (3 €). Niet de moeite om af te dingen. Kopen!
 
Maguga dam eSwatini
De rechtse weg rond het stuwmeer loopt over de dam, met zijn 115 meter de vierde grootste dam van Afrika. We stoppen op een kleine parking aan het begin van de dam. Er staat nog een auto, portieren open, luide Afrikaanse muziek weerklinkt. Drie adolescenten dollen wat rond, nemen foto’s en selfies. De haantje-de-voorste van de drie komt naar me toe en vraagt of ik met hem op de foto wil. Geen probleem: arm om schouder, lachen … zijn maat drukt af. Nog een foto met een andere van de drie. “Wait”, zeg ik, “If you want another picture, you must pay me!” Hilariteit en lachen alom: perfect voor nog een foto. Tja … hangjongeren zijn van alle culturen. ’t Is maar hoe je er mee omgaat.
 
Tijd voor onze meegbrachte picknick, langs de helemaal-niet-drukke-straat aan het begin van de dam – voor de picknick-plaats moet je ergens een ticket kopen en dat hebben we dus niet.
 
Rotstekeningen.
 
Vanaf Maguga dam volgen we nog een eindje de weg naar Piggs Peak om dan een aardeweg in te slaan – aanduiding “Nsangwini Rock Art”. Pittoreske weg, op en neer, over een small brugje over een riviertje. Helaas – voor één van de enige keren hier in eSwatini – bedelende kleine kinderen. Van ver immiteren ze de traditionele dans. Zodra je dicht bij bent, omzwermen ze je auto, proberen portieren te openen, bedelen om geld en/of “sweets”. Zo’n agressief gedrag willen we niet belonen: doorrijden, maar oppassen dat we er geen verpletteren. In mijn achteruitkijkspiegel zie ik hoe één van de kinderen een steen gooit …
 
Een kleine parking, een leeg houten hokje. Is dat de toegang voor de “rock art”? Ja dus, iemand – een jong meisje – komt afgelopen. Zij is onze “gids”. We zullen bij het einde van het bezoek 50 EM pp moeten betalen. Zij wandelt met ons de berg in. Of beter, zij huppelt omhoog en vooral omlaag als een klipspringer, af en toe kauwgom-bubbels blazend. Wij hebben wat meer moeite, maar zijn dan ook ”wat” ouder. Om heel eerlijk te zijn: ’t is een heel moeilijk pad, smal, steil, dalend vooral over rotsen en losliggend grind. Een 15-tal minuten later zien we onder een overhangende rots de oude (4.000 jaar?) oker- en roodkleurige tekeningen van de San. We hebben er ooit al indrukwekkender gezien (in Zuid-Afrika en Zimbabwe) maar toch zijn er heel fijne gedetailleerde figuurtjes bij.
Nsangwini eSwatini
Onze “gids” – 15 jaar is ze – ratelt haar verhaal over de tekeningen als een robot af. Dan zegt ze dat ze dit “gratis” doet. Alles hier is van de “chief”, ook de San- tekeningen. Een paar dagen geleden vroeg ze de “chief” of ze niet toch wat betaald zou kunnen worden want ze heeft honger en haar familie ook. Maar het was “none of his business”, zei de chief. Eigenaardig verhaal: onze “gids” zit “goed in het vlees”. Ze ziet er niet uit of ze ooit honger heeft gekend!? We keren terug: vooral stijgen nu. Gelukkig is het maar 20° C.
 
Nsangwini Rock Art eSwatini
Nsangwini Rock Art eSwatini
Even voordat we opnieuw bij ons vertrekpunt zijn, komt een groepje van 3 witte toeristen, begeleid door twee zwarten de berg af. Plotsklaps zegt onze “gids”: “You have to pay now, 100 EM”. En als ik haar body language goed interpeteer, verwacht ze ook nog een fooi. OK … we betalen de 100 EM zoals afgesproken, maar ook niks meer. Achteraf realiseer ik me dat ik geen “receipt” gekregen hebt. Eigenaardig. Ik ga toch even kijken in het verlaten hokje aan het begin van de wandeling: daar ligt inderdaad een officieel ontvangstbewijzen boekje. Conclusie: onze 100 EM gaat integraal naar de 15-jarige gids. Ook weer achteraf, lees ik in onze – weliswaar 10 jaar oude – Bradt reisgids: “The excellent young student guides … are trained at the National Museum. Visitor revenue benefits the local community …” Onze “gids” was dus niet “well trained”, zeker geen “university student” en helaas, onze 100 EM (+/- 6 EUR) zal de “community” niet “benefitten”.
 
Rots.
 
’t Was een gevulde dag vandaag. We keren terug naar Silverstone Lodge, langs de kortste – niet noodzakelijk snelste – weg. We nemen een “dirt road”, aardeweg, die er aanvankelijk redelijk uit ziet. Maar dan gaat het op en neer in een typisch Afrikaans landschap, alsof we in een verlaten natuurpark rijden. Af en toe stelt een zeldzame tegenligger ons gerust: ’t is een echte weg die ergens naar toe voert! Heel pittoresk, compleet met smalle brugjes over riviertjes. Dan: een steile afdaling, modderig, twee bandensporen van voorgangers reeds kronkelend getrokken in de modder. “Oei, hadden we niet beter de langere, betere weg genomen?” Nu geen keuze meer: zigzaggend glijden we de berg af, gelukkig zonder blikschade of vastlopen. Oef. Verder langs de op-en-neer golvende weg. Daar is een voetbalveld. Twee jeugdploegen en een tiental toeschouwers.
 
Dirt road eSwatini
Eindelijk bereiken we opnieuw een asfaltweg. Langs de kant van de weg staat iemand met een uit blik nagemaakt minibusje van een halve meter groot. Mogen we een foto nemen? Ja, maar betalend. Ik kan hem wat muntstukken geven maar dat zijn Zuid- Afrikaanse rand en die wil hij niet. Geen foto: vriendelijk maar beslist blijft hij voor zijn blikken creatie staan.
 
Verrassing: een paar kilometer verder, niet ver van Silverstone Lodge passeren we zomaar Sibebe Rock, de grootste granieten rots uit één stuk ter wereld en één van de “must-see” bezienswaardigheden van eSwatini. Nog wat foto’s nemen, dan terug naar “huis” voor onze laatste avond in eSwatini.
 
Sibebe rock eSwatini

Mbabane mist.

8 november 2019.
“… cause this is Africa.” 
                        Shakira

Zware, grijze wolken zijn op de bergen gevallen. Temperatuur: 15° C, een verschil van bijna 25° C tegenover gisteren. Een heel fijne motregen valt.

Een leuke verrassing ook: onze auto die bijna onherkenbaar was onder het rode stof, blinkt opnieuw! Iemand heeft die deze morgen vroeg gewassen. Dat is service van Silverstone Lodge!

Mantenga.

Een paar kilometer ten zuiden van Mbabane – Siverstone Lodge ligt ten noorden van de hoofdstad – bezoeken we Mantenga: klein natuurparkje, waterval, “cultural village” met om 11u15 voorstelling van traditionele dansen.

Eerst nog een paar verkeersregels van eSwatini. Veel kruispunten zijn een 4-stop zonder verkeerslichten, dat wil zeggen: wie als eerste het kruispunt bereikt EN gestopt is, mag ook als eerste weer vertrekken. Bij rood mag je toch links afslaan – voortdurend getoeter achterop maakte ons dat snel duidelijk.

Langs de toegangsweg tot Mantenga – rode aarde, zoals gewoonlijk – beloeren vervet aapjes ons vanuit het struikgewas. Eerst de nodige “inschrijvingsformaliteiten” vervullen, 100 EM (6 EUR) per persoon betalen en we starten met een wandeling naar de Mantenga waterval. Met begeleiding van gids Domiso, die veel uitleg geeft over planten en bomen en … over de kolonie zeldzame “kale ibissen” (mijn letterlijke vertaling van “southern bald ibis”) die hier op de rotsen nestelt. Zoals sommige mensen hebben ze een kale kop en een grote bek! 😀 Het uitzicht over de waterval, de bossen en de bergen is – ook zonder ibissen – adembenemend.

Vervet monkey Mantenga eSwatini
Bald Ibis Mantenga eSwatini
Nyonyane.

Domiso leidt ons naar de voet van de watervallen. Daar is een picknick en braai zone. Er ligt een typische eSwatini koe te herkauwen. In de verte torent Nyonyane – beter bekend als “executioners rock” – boven de bomen uit. Vanop deze rots werden veroordeelden met een speer in de rug tot de rand van de klif geduwd en … er over. Volgens Domiso kan je dan als veroordeelde aan de voet van de rots “rest in peace and in pieces”. “Maar dat doen we nu zo niet meer”, voegt hij er serieus aan toe.

Executioner Rock Mantenga eSwatini
Mantenga Falls eSwatini
Met de traditonele bijenkorf-hutten van gras is een eSwatini “homestead” – verblijfplaats van een familie – nagebouwd, kompleet met kraal, afslutingen, meisjes en vrouwen zone, jongens en mannen zone, de hut van de grootmoeder een hut om umqombothi – bier – te brouwen. Een deskundige gids leidt ons rond, allemaal in de prijs van 6 EUR inbegrepen, net zoals het volgende evenement.

Beehive Homestead eSwatini

Om 11u15 stipt (ongewoon in eSwatini!) begint het zang- en dansoptreden, met Nyonyane rots als decor. En wat voor een optreden! Een wervelende vertoning van een dertigtal dansers op meeslepende ritmes van de trommels. Drie kwartier lang worden spectaculaire dansen opgevoerd, uiteraard in traditionele eSwatini klederdracht. Mannen alleen, vrouwen alleen, gemengd, dans van de inyanga (=sjamaan). Meest spectaculaire aspect is: het been gooien tot boven het hoofd. Zelfs een paar vervet aapjes komen in de bomen en op de afsluiting naar het spektakel kijken. Of hopen ze dat één of andere toerist iets eetbaars laat vallen? De hele voorstelling duurt ruim drie kwartier. Geen moment verveeld.

Traditional eSwatinit dance
Traditional eSwatini dance

Mist.

De MR3 terug via Mbabane kent een lange en nijdige klim, net voor de hoofdstad. Vrachtwagens sukkelen hier aan minder dan 20 per uur naar omhoog. En net hier komt opnieuw mist opzetten. Nee, geen mist meer: ik denk dat we IN een dichte wolk rijden: regen, donkergrijs, na een tijdje zicht minder dan 20 meter. We weten amper nog waar we rijden, of we niet op de pechstrook zitten – de verf van de wegmarkering is overigens zonder mist al amper te zien. Grote lichten van de auto aan. Dat is verplicht in eSwatini maar vele auto’s doen dat niet. Toch razen sommigen ons nog rechts voorbij: die kennen de weg … hopelijk. Blij als we Mbabane binnen rijden: hier is de mist alweer grotendeels opgetrokken.

In Ezulwini doen we voor twee dagen inkopen in de Super Spar, een grote en moderne supermarkt met uitgebreid assortiment van … alles … maar wel in Afrikaanse versie (grote hoeveelheden – andere merken). Aan verschillende toonbanken wordt warm en/of op te warmen eten bediend: Afrikaans, Indisch, westers.

Private property.

’s Namiddags, ondanks de mist – die hangt nu weer hoog aan de bergtoppen – en de nattigheid toch even de benen strekken: een wandeling in de onmiddellijke omgeving van Silverstone Lodge. We stappen – eigenaardig genoeg – een betonnen bergweg op die … nergens toe leidt. Maar we genieten van de vrijkomende geuren van de natuur en de exotische begroeiing. Terug naar beneden, andere bergweg op – de rode aarde kleeft al aan onze schoenen. Ook deze weg loopt dood, dat wil zeggen: aan een open ingangspoort staat een verroest bord “Private Property F. v.d. Meer”. Daarnaast een even onduidelijk bord: “Beware of dogs”. Die honden horen we inderdaad blaffen. Dus maar op onze schreden terugkeren. Dan komt een hond aangelopen, achter ons aan. Maar dreigen met een ferme stok in de hand klaart de klus: het mormel komt niet verder dan de grens van zijn territorium, de toegangspoort. Wat voor een misantroop moet hier wonen?

Silverstone eSwatini
Sivrstone eSwatini
We wandelen nog even de andere kant op. Ontdekken een pittoresk boomstammen-brugje over een beekje. Maar nu genoeg voor vandaag: we (Betty) gaan onze eigen kost klaar maken.

Cause this is Africa.

Of nog niet genoeg. Al een hele dag werkt internet niet: “They are working on the line”, is de verklaring. Maar nu – 18u30 – is ook de elektriciteit uitgevallen. Half uurtje later: geen lopend water meer! Je hebt hier best op dit moment geen diarree. Gelukkig hebben we onze waka waka’s. Zo zien we nog wat in de pikdonkere duisternis. Kunnen ook niet koken: ’t is een elektrisch vuur = design-fout! Na een uurtje gaan we toch even verhaal halen aan de receptie: hoe lang gaan de problemen nog duren? Lakonieke antwoord: “They are working on it but it can take all night, like it can be fixed in ten minutes”. Gelukkig zijn de geesten van de voorvaderen met ons. Om 19u37 gaan de lichten plots aan en horen we de WC-spoelbak vol lopen. Gered, we kunnen eten! Wifi blijft uit. Ook dit is Afrika.

Nog is onze dag niet ten einde. Iets voor 21 uur breekt een krachtige donder- en bliksemstorm los. Tientallen en tientallen keren per minuut licht de hemel op. De donder rommelt onophoudelijk, het geluid voortdurend weerkaatst door de bergen. Het regent nu hard. Vanop ons overdekt terras kijken we toe. Onder de indruk. Wat een natuur schouwspel. Na ruim een half uur trekt het onweer weg met nog allerlaatste lichtflitsen en gerommel in de verte. We kunnen eindelijk rustig gaan slapen.

Kerkdienst in Lobamba.

7 november 2019. 

 

Nissyota.

 

’s Morgens vroeg hoor ik een auto claxonneren en wegrijden. Een uurtje later schuif ik de gordijnen open, kijk uit over de parking en … daar staat maar één auto! En geen Nissan X-trail. Auto gestolen is het eerste wat ik denk. Ik schiet in mijn kleren, loop naar de parking en … zie het logo van Britz – verhuurmaatschappij – van ver op “onze” auto staan. Oef! Maar, die auto is een Toyota Rav4, geen Nissan X-trail zoals op  de “Letter of Authority” staat, het document dat we nodig hebben voor grensovergang. Eigenaardig dat niemand dat heeft opgemerkt, ik inbegrepen (maar ik ben geen auto-specialist). Hopelijk geeft onze “Nissyota” geen probleem bij het terug de grens oversteken? 

 

Nkonyeni.

 

Vooraleer opnieuw te “verhuizen” naar onze laatste bestemming in eSwatini, verkennen we het uitgestrekte golfterrein van Nkonyeni. Met de auto want het is heel groot en bovendien al heet – 31°C om 9 uur. Het prachtige terrein met zijn gemanicuurde golf-links voelt eigenaardig aan met de wilde achtergrond van bergen. Even uitstappen aan de clubhouse met zijn monumentale dak van stro. Hier hebben we twee avonden gedineerd met zicht op de vijver/rivier en het domein. Maar ’t is tijd om naar het noordwesten te rijden, naar Lobamba en Mbabane, hoofdsteden van eSwatini.

 

Nkonyeni eSwatini

Mysterie.

 

Terug de MR9 op. Al na een paar km loopt de weg over een rivier. Beneden aan het water is het een drukte van belang. Vrouwen die de was doen? Stoppen en kijken vanaf de brugrand. Tientallen mannen en vrouwen staan langs de oevers met stokken, sommigen met kettingen. Ze kijken voortdurend stroomopwaarts. Een groepje mannen met een soort rudimentair net van kettingen loopt langs de oever, ook stroomopwaarts. Vanaf de brugrand – de rivier ligt zeker10 meter lager – vraag/schreeuw ik in het Engels wat ze aan het doen zijn. Helaas, ze roepen iets terug in het Swati, onverstaanbaar. Zoals elk goed mysterie zullen we dus nooit weten wat die dorpelingen hier deden of van plan waren. Bedreigende krokodil vangen? Afsluiting langs de rivier plaatsen? Wie weet?

 

Mzimnene river eSwatini

Lobamba.

 

De MR3 naar Mbabane wordt een autosnelweg. Voordeel: geen potholes, verkeersdrempels, schoolgaande kinderen, koeien, geiten! We nemen de afslag Lobamba waar we als vanzelf bij het nationaal museum uitkomen. Daar kopen we een gecombineerd ticket voor museum en koning Sobhuza park (240 EM in totaal, 15 EUR). Het museum, althans de zaal rechts van de receptie is zeer de moeite waard: overzicht van de geschiedenis van eSwatini met gevonden voorwerpen, heel mooi gepresenteerd; trommels die je zelf mag bespelen; moderne kunstwerken van eSwatini kunstenaars; uitleg over de “Umhlanga”, rietdans, waarbij ongehuwde meisjes in traditionele klederdracht eens per jaar voor de koning dansen. De zaal aan de linkerkant is dan weer typisch Afrikaanse slordigheid en verval: stoffige opgezette dieren in een geverfd decor. En er is nog een hangar met old-timer limousines van de koning.

 

National Museum Lobamba eSwatini

 

National Museum Lobamba

Buiten, naast het museum, staan de traditionele bijenkorf hutten. Leuk voor foto’s maar in het huidige eSwatini worden ze niet meer gebruikt.

 

Kerkzangen weerklinken. Naast het nationaal museum staat een groot rond gebouw op een uitgestrekt grasveld, rond om rond afgesloten door prikkeldraad. Daar rijden we met auto naar toe – ’t is maar een paar honderd meter maar inmiddels wel 38° C, dus even van airco genieten.

 

Kerkdienst.

 

We rijden de gravel weg op, naar de ingang van het ronde gebouw. Mag dat wel? Parkeren onder een boom. Een vrouw komt op ons af. Na de traditionele, uitgebreide begroeting leg ik uit dat we gezang hoorden, benieuwd waren en dus … mogen we de kerk bezoeken? “People are praying inside” zegt de vrouw – een kerkdienst? – maar ik dring aan, haal mijn beste glimlach boven en … het lukt! Heel stilletjes sluipen we het ronde gebouw binnen.

 

Lobamba Church eSwatini

Een tiental vrouwen zit samen in het voorste compartiment van de cirkelvormige kerk. Geen enkele versiering of beeltenis aan de muren. Wel veel licht. Iemand – ook een vrouw – lijkt te preken, vurig met veel armbewegingen en stemverheffingen. Af en toe antwoordt iemand uit het publiek luid instemmend. De “amens” en “halleluja’s” volgen. Dan plots begint de hele congregatie te zingen. Af en toe worden we bekeken. Dan staat een vrouw in een kleurrijk kleed uit het publiek op en gaat rustig naar voren. Het is haar beurt om te preken, gezang in te leiden, voor te lezen. Ze kijkt ons aan en zegt dan – in het Engels – “Welcome in our church, I hope you understand our language.” Helaas niet, maar we begrijpen wel dat ze over “Jesus, our lord” zingen. 

 

Een derde mevrouw staat op. Haar beurt vooraan. Opnieuw worden we heel vriendelijk begroet en welkom geheten en … eraan herinnerd dat “the road to salvation is only through Jezus”. Amen. Gezang. 

 

Aan een soort “pastor” (vermoed ik) schenken we een kleine “contribution to his church” en al wuivend verlaten we de kerk. Leuke ervaring. Wat een vriendelijke dames!

 

Sobhuza II.

 

Dicht bij het nationaal museum maar aan de ander kant van de weg ligt het “King Sobhuza II Park”. In het park – gemanicuurd gras, heel propere en plechtige plek – liggen vier gebouwen verspreid.

  • Een monumentaal ingangsgebouw: receptie & toiletten.
  • Een gebouw strikt voorbehouden voor de koninklijke familie en dus “off-limits”: foto’s verboden!
  • Het (nep-)mausoleum van koning Sobhuza II, “nep” omdat hij hier niet ligt begraven maar ergens in “heilige bergen”. Geen foto’s van dit gebouw toegelaten; ook “strictly off-limits”. 
  • Ten slotte: het museum waar je alles te weten komt over leven en werk van Sobhuza II.

King Sobhuza II Park Eswatini

Oh ja, onder een soort “kiosk” is er nog een standbeeld van Sobhuza, kijkend naar de bergen. En wie was Sobhuza? Leefde van 1899 tot 1982, koning van 1921 tot aan zijn dood. Onder zijn bewind werd eSwatini onafhankelijk. Hij wordt als een bijna half-god vereerd in eSwatini.

 

Onze volgende verblijfplaats voor 3 nachten is Silverstone Lodge, een paar km ten noorden van Mbabane (tweede hoofdstad van eSwatini). Die lodge ligt langs een rode aardeweg, midden in de bergen. Alvast spectaculair uitzicht vanaf onze slaapkamer. Daar moet ik een Sibebe Premium Lager op drinken.

 

Sundowner on the rocks.

 

Van de grote, sterk glooiende helling tegenover Silverstone Lodge stoomt een watervalletje over bruinrode rotsen. De hele omgeving doet een beetje denken aan Matopos in Zimbabwe: afgeronde grote rotsblokken. Daar stappen we vanavond – 17u30 – op. In mijn rugzak twee glazen en een miniflesje witte wijn uit de minibar … voor een aperitiefje op de rotsen. Kijken naar de ondergaande zon is er niet bij: te veel wolken, te veel bergen. Maar wel leuk om de dag – bijna – af te sluiten.

 

View from Silverstone Lodge eSwatini