Het ritme van Cyprus.

7 uur: brood nodig. Ik profiteer er van om naar het “krochtje”, het supermarktje van Pomos te joggen. Zo’n twee kilometer ver. Maar hoewel Chrysta’s coffee shop reeds druk bezet is – er wordt naar mij gewuifd – is alles nog donker en stil aan ’t krochtje. Anoíxto, open, om 7u30. Pomos Beach
Dan maar wat verder gelopen tot op een redelijk groot en breed strand. En bij diffuus morgenlicht wat foto’s schieten. Stipt om 7u30 sta ik opnieuw aan het supermarktje. Maar Einstein zegde het al: zelfs tijd is relatief, vooral en zeker in Cyprus. Hier is het ritme van het leven anders. Wachten dan maar. Een vijftal minuten later laveert een grote bestelwagen door het smalle straatje. Hij stopt bij ’t winkeltje. De chauffeur steekt de arm op ten teken van groet, ziet dat ik zit te wachten en zegt “Five minutes … Come!” OK, geduldig zijn, Cyprus ritme. Inderdaad, een vijftal minuten later arriveert de mevrouw van ’t krochtje en kan de bestelwagen beginnen lossen. Blikken, conserven, drank worden gelost en ook … brood! Ik kan terug naar “huis” joggen. Een oude bekende passeert met zijn vrachtwagentje: Pavlos, breed zwaaiend en lachend.


Voor onze laatste dag wandelen we nog een keer naar het haventje van Pomos, langs de strandweg, precies zoals we op onze eerste dag na aankomst in Cyprus deden. Nu ze haar fototoestel terug heeft, laat Betty zich gaan. Bonte kraaien (zwart-wit) vliegen langs de strandlijn. Geen mens te zien. We blijven wat op een bankje zitten en kijken naar de zee en de golven.

Arsinoe-Marion-Polis.

Marion-Arinsoe museum

Tijd dan voor wat meer actie. Polis was tot nu toe hoofdzakelijk de plek voor onze inkopen. Maar er is meer: het archeologisch museum van Marion-Arsinoe. Polis was al in het neolithicum, 11.000 v.Chr., bewoond. Later, minstens 1.400 jaar v.Chr., zou hier een stad zijn ontstaan: Marion. En nog later, in 312 v.Chr., werd Marion door ene Ptolemeus I veroverd en herdoopt tot Arsinoe, de naam van zijn zuster en van zijn vrouw. Maar uiteindelijk, in de 7de eeuw, veroverden en verwoesten de Arabieren de stad. Einde verhaal, tot het opnieuw ontstaan van Polis op de funderingen van haar verwoeste voorgangers.

Het museum is klein, toegangsprijs is ook maar 2,5 €. De collectie mooi bewaarde en/of in elkaar gepuzzelde amphoren, oude juwelen, figuurtjes, vazen, munten, beelden loont echt de moeite.



Agios Andronikos Church, Pomos

Wat flaneren in de straatjes van de kleine, oude binnenstad. Ze worden bijna integraal ingenomen door terrassen van restaurants met slechts hier en daar een occasionele klant. Het Agios Andronikoskerkje heeft een tongewelf en is beschilderd met fresco’s. Alleen is de kerk altijd gesloten behalve op zondag. Maar met de getraliede ramen open kan je toch een beperkte blik werpen op de fresco’s. En ’t kerkje is van buiten af fotogeniek en ligt in een klein parkje. Pal in het stadscenturm is de Agios Nikolaos kerk (ook klein) wel open, maar geen fresco’s.

Akourdalia (of Akourdaleia).

Pano Akourdalia, Cyprus

Nog één pittoresk dorpje moeten we afvinken: Akourdalia. Een kleine 15 km buiten Polis, opnieuw de bergen in. Er is Kato (oud) Akourdalia en Pano (nieuw) Akourdalia. Beide zien er echter even oud, even pittoresk, even mooi gelegen uit. Alhoewel, Pano geniet onze voorkeur. Hier eten we onze lunch, in de schaduw op het dorpspleintje, naast de kerk. Ongelooflijk rustig en stil. En achteraf een munt-citroen-limonade en een vers geperst sinaasappelsap in de kruidentuin van “The Herb Garden”. Heerlijk in de schaduw naast een perkje met een kabbelend fonteintje. Cyprus-ritme! De tuin lijkt wat verwaarloosd maar de nieuwe, jonge, enthousiaste en uitstekend Engels sprekende uitbaters hebben deze zaak nog maar zes weken geleden overgenomen, ” … from an old lady”. Prachtige, honderden jaren oude olijfboom naast de deur. 

Nu nog wat genieten van het zwembad en de zon. Onze laatste dag in Cyprus zit er bijna op. Vanavond passeren we bij Pavlos: twee Leffes afgeven! “Beer from Belgium, from friends from Belgium”. Hij vraagt waar Lou is, de baby. Al terug in België. Dan komt hij prompt met vier overrijpe mango’s aangedraafd. Dat wordt nog smullen! De zonsondergang is een combinatie van wolken en zon. Maar uiteindelijk verdwijnt de zon van Cyprus in de zee … Nu niet melancholisch worden.

Twijfelachtig of iets van dat Cyprus-ritme lange tijd zal blijven hangen. Maar wat niet zal verdwijnen zijn de herinneringen aan een leuke reis in een gastvrij, sympathiek land en … in leuk gezelschap!

Sas efcharistó, Kypros!

P.S. Update 11 september 2017: i.v.m. onze 12-dagen vermiste bagage beslist TUIfly vandaag – nadat we alle aankoopbewijzen voor “artikelen eerste noodzaak” (toiletgerief, e.d.m.) aangetekend hebben opgestuurd – om ons 91,04 € te betalen als compensatie. TUI, Discover your luggage. 

Tongbreker Panagia Chrysorrogiatissa.

Een vijftiental grote trekvogels vliegt langs de kustlijn. Snel verrekijker nemen maar ze zijn al ver. Ik kan lange gestrekte poten onderscheiden. Ooievaars? Maar ze zijn niet zwart-wit. Dus toch, kraanvogels?!


Bagage.

Wachten. Op onze sinds 12 dagen ontbrekende koffer. Gisteravond, acht uur, Pafos luchthaven. De valies is aangekomen. MAAR: er zijn geen taxi’s meer om ze dezelfde avond nog naar ons te sturen!  Was het geen “rush” levering? #!¥#!%€!$%#!!! Wat een smoes!
Maar gelukkig, om negen uur stipt deze morgen, claxonneert een taxi in onze doodlopende straat. De koffer is er! Eindelijk. Snel open maken. Stapschoenen, een grote (Betty) en een kleine (ik) toiletzak, handdoeken, fototoestel … en een soepele gesloten koelzak. Oh oh. Voorzichtig open maken. Een misselijk makende walm ontsnapt. Ik doe moeite om mijn ontbijt binnen te houden. In de koelzak is het één en al smurry en stank. Een appel, citroen, parmezaan-kaas, verse look en sinaasappel zijn herleid tot pap en stinken als de pest. Weggooien die boel, koelzak inbegrepen. De rest van de inhoud van de koffer lijkt gelukkig intakt en stank-vrij.
De buitenkant van de valies hangt vol barcode- en andere stickers. Enig Sherlock Holmes werk leert me dat de koffer op 20 augustus naar Enfidha, Tunesië is vertrokken. Twee dagen later is hij terug in Zaventem waar hij tien dagen is blijven “gisten”. Bedankt TUIfly.

Panagia Chrysorrogiatissa.

Kannaviou dam, Cyprus

Nu ik de bagage-frustratie van me af heb geschreven is het tijd voor het verslag van de dag.
Bestemming Panagia. De weg erheen loopt langs de onderkant van de Kannaviou dam. Indrukwekkend als je plots die reusachtige dammuur voor je ziet opdoemen. Maar de weg kronkelt en stijgt. We kunnen het stuwmeer aan de andere kant van de dam ook bewonderen.

Het dorpje Panagia ligt op zo’n 800 meter hoogte in het zuiden van het Pafos-woud. Het is om twee redenen bekend, althans in Cyprus:
  1. Er ligt een klooster met de tongbreker-naam van Panagia Chrysorrogiatissa, gewijd aan Onze-Lieve-Vrouw van de gouden granaatappel (waar halen ze die onuitspreekbare naam toch vandaan?);
  2. Panagia is de geboorteplaats van aartsbisschop Makarios, eerste president van het onafhankelijke Cyprus (die bevolkte tijdens mijn jeugd, in de jaren zestig, regelmatig het zwart-wit TV-journaal). 

Panagia Chrysorrogiatissa Is de naam onuitspreekbaar, dan is het klooster allercharmantst. Gebouwd rondom een kerkje is het koel en rustig in de kloostergangen. Een vroom oud vrouwtje bezemt devoot het binnenpleintje. Het gebouw ligt ook nog eens op een hemelse plek. Ze biedt weidse panorama’s op de omliggende heuvels met … wijngaarden! En het cafeetje met terras ernaast heeft bovenop dat uitzicht ook nog zalige frappé (schuimend Cypriotisch koffiedrankje dat ijskoud moet gedronken worden). Genoeg spiritualiteit nu: we bezoeken het even verderop gelegen dorpje Panagia.


Makarios.

Makarios statue, Panagia


Het dorpsplein van Panagia wordt gedomineerd door een standbeeld van Makarios. Twee vrouwen zitten aan een open deur. Één van de twee nodigt ons binnen: het Makarios-museum. Waarom niet? Voor een halve euro per persoon. De lichten in het museum worden voor ons aangestoken. Veel foto’s van Makarios, als knaap, als jongeling, als … met politiekers, andere staatshoofden, bij een doop … allerlei eretekens. Maar op een kwartiertje heb je het wel gezien. Het geboortehuis van Makarios is gesloten. Van buiten uit ziet het er trouwens vrij klein uit. Zoals andere huizen in dit dorp. Overigens zijn hier veel gerestaureerde woningen waardoor het dorpje met zijn kleine straten en steegjes iets pittoresks heeft. Veel (lege) restaurants ook. De eigenaars doen vriendelijke pogingen om ons binnen te lokken. 



Panagia, Cyprus

Maar als er iets is wat hier in deze streek van Cyprus goed georganiseerd is, dan zijn het wel de picknickplaatsen. Steeds met banken en tafels, in de schaduw op leuke plekken, met water en toiletten. Dus middagmalen we in de vrije natuur op de weg naar Agios Georgios Emnon. 

Agios Georgios Emnon

Agio Georgios Emnon is een eenvoudig kerkje, verscholen in het “Emnes-bos”. De twee deurklinken zijn aan elkaar vastgemaakt met een soort elastiek, een “fiets-snelbinder”. Aan elkaar geknoopt eigenlijk. Losmaken die handel en een blik binnenin werpen. Typisch Grieks-Orthodox interieur maar, gek, er brandt een kaarsje! In een verlaten kerkje, 10 km van het dichtstbijzijnde dorp, midden in het bos. Deuren maar weer dicht knopen en terug naar ons “huis” in Cyprus. Dwars door het Pafos-woud. We passeren langs de wandeling van twee dagen geleden in Stavros tis Psokas. Genieten van het landschap en de “koele” 28° C. Airco uit en vensters open. De aroma’s van Troödos opsnuiven. En veel stoppen en foto’s nemen, nu we ons fototoestel terug hebben. 
Slot van de dag: eentonig!😀😀😀 
Verkoeling zoeken in het zwembad; aperitieven op ons terras; de zonsondergang bewonderen; Betty maakt bruschetta’s klaar. Hmmm … gaat toch niet vervelen.

Akamas.

Akamas-1In het uiterste noordwesten van Cyprus ligt Akamas, een woest natuurgebied wat je eigenlijk alleen maar met 4 x 4 kan doorkruisen. En dan nog … We rijden Akamas binnen langs de Baden van Aphrodite. Vandaar wordt de weg onmiddellijk grint, zand, rotsen met diepe voren en grote bulten. En bovendien stijgend! In ski-termen zou je van zwarte piste spreken. In alle bescheidenheid, je moet iet of wat ervaring hebben als 4 x 4 chauffeur, een goede dosis lef, en dan nog … wat geluk kan nooit kwaad. 


4 x 4.

Akamas-2

We hobbelen de eerste paar kilometer rustig voort. Alle bomen en struiken langs de weg zijn spierwit van ’t vele stof. De klimmende weg biedt prachtige uitzichten op de zee. Maar niet te veel naar rechts kijken: de weg heeft amper de breedte van onze auto en de afgrond is bijna loodrecht. Hopelijk geen tegenliggers? Een drietal quads versperren de weg. Rustig wachten. Ze snorren verder in een witte stofwolk. Quads zullen we hier nog te veel zien in Akamas. En ’t is juist: met een quad kan je dit natuurgebied ook doorkruisen. 
Een enkele tegenligger doemt op, gelukkig bij een breder stuk weg en gelukkig mogen wij links tegen de rotswand rijden. Af en toe stoppen nu, uitstappen, foto’s nemen, genieten.

Akamas-3

We sukkelen van het rechte pad af, een steile bergwand op. Ongelooflijk diepe kuilen en bulten. Koud zweet breekt me uit. Halfweg de helling bonkt het onderstel van de auto tegen een rots. Gelukkig geen schade maar als de wielen ook nog af en toe gaan slippen besluiten we terug te keren. Eerst in achteruit, zo’n 50 meter. Dan keren in de bocht en terug naar het juiste pad, beneden tegen de rotskust. Wat een adrenaline-boost. 

Even later rijden we toch weer de bergen in. Het vervelende is dat er weinig wegwijzers zijn. Correctie, we hebben er nog geen gezien. Berg op, berg af, vista rechts, uitzicht links. Rode aarde nu, rood stof. En plots dan toch een wegwijzer voor Neo Chorio, een dorpje in het zuiden van Akamas. Volgen maar tot we de keuze krijgen om naar Lara Beach te rijden. Doen we. In vergelijking met het begin van onze rit, is dit – in ski-termen een rode tot blauwe piste. 

Lara Beach. 

Lara Beach

Een hoefijzervormige baai met zwart-grijs zandstrand; een zee die alle tinten blauw uitsmeert; witte schuimkoppen op de kantelende golven; hier en daar grote rotsblokken in zee gegooid om het geheel nog fotogenieker te maken. Maar Lara Beach is ook … schildpadden. Of beter gezegd, van eind mei tot september: schildpadnesten. Tientallen en tientallen plekken zijn afgebakend met een bordje en een soort laag staketsel: nestbeschermers. Soepschildpadden en/of karetschildpadden hebben hier ’s nachts een kuil gegraven en er hun lading eieren gedeponeerd. In de hoop op … nageslacht.

Lara Beach Turtle Nest

Prachtige plek om te lunchen, nabij een kopergroene rots en in de schaduw want het zand is gloeiend heet.

Langs piepkleine dorpjes aan de rand van Akamas – Inea en Drouseia – en een goede, gebetoneerde weg keren we terug. Latchi – Polis en opnieuw richting Pomos. 
Een paar Cypriotische ezels staren ons na …

Donkeys in Akamas

P.S. “Nog nooit gingen zo weinig koffers verloren” kopt de krant De Standaard, vandaag 31 augustus. Net vandaag belt “Securitas Zaventem” over de vermiste koffer van 20 augustus. Of ze die toch nog met de TUIfly vlucht van deze namiddag mogen meesturen? Ja, dat mag. Eindelijk, denk je dan. En wordt die dan nog vanavond bij ons in Pomos afgeleverd? Dat veronderstellen ze. Wait and see …
TUIfly blinkt uit door afwezigheid.

Stavros tis Psokas.

Stavros = kruis; tis = van; Psokas = verbastering, waarschijnlijk doelbewust van Psoríasi wat psoriasis, huidziekte betekent. Eigenlijk heet of heette die plek dus “psoriasis-kruis” of naargelang de vertaling, “schurftig kruis”. Maar geef toe: dat is geen titel voor een blogpost. De weinig gekende legende: een meisje met psoriasis waste zich in de bron die hier op deze plek ontspringt. Op slag was ze genezen van haar huidziekte. Uit dankbaarheid liet ze een kapel bouwen. En alhoewel de kapel er nog staat – ze heet nu “Chapel of the Holy Cross” – is Stavros tis Psokas nu vooral een rangerstation van het “Department of Forests” en centrum van Cypriotische Moeflon kweek in het midden van de Troödos bergen.


Church of the Holy Cross, Stavros tis Psokas

Hoe zijn we hier geraakt? Deze morgen “vroeg” vertrokken voor een rit van iets langer dan een uur, zo’n kleine 40 km. Rond de Turks-Cypriotische enclave Kokkina rijden we de bergen en het woud in. Tot op een hoogte van zowat 1.000 meter. Dat levert spectaculaire vergezichten over de beboste bergen op. De weg is goed en geasfalteerd en vooral: de temperatuur is zalig, 24° C. Airco uit, venster naar beneden, genieten van de omgeving. En na een goed uur bollen kom je dus eerst de eerder vermelde kapel tegen … die open is. Van profiteren om een kijkje te nemen in een Grieks-Orthodoxe kerk en te staren naar de iconen-wand vooraan. Buiten hangt de kerkklok aan een balk. Je zou ze zo kunnen luiden. En hier is niets of niemand, zomaar in het midden van het woud … Bijna heb ik het klokkentouw vast, maar Betty weerhoudt me: dat zou misschien één of ander alarmsignaal kunnen zijn voor de rangers en/of brandweer. Het gezond verstand zegeviert …

Bell at Stavros tis Psokas

Een eindje verder ligt het rangerstation annex picknick-plaats, bar/restaurantje, houten chalets en een bescheiden hotel. Uitstappen en naar de moeflons gaan kijken: die zitten in een groot afgemaakt stuk woud. Je kan rond de omheining wandelen, flink wat klimmen en dalen maar in de schaduw en met een klein beetje geluk – en dat hebben we – spot je de beesten tussen de bomen.
Een tiental rangers zitten te niksen op het terras van de bar. We bestellen twee Cyprus koffies, 2 €. 
Dan moeten we het begin van onze geplande wandeling vinden. Niet eenvoudig want er is nergens een aanduiding te vinden. Gelukkig is er een behulpzame, goed Engels sprekende ranger die ons de weg wijst naar de “Moutti tou Stavrou” wandeling van 2,5 km. We rijden ongeveer 3 km terug tot bij een wegsplitsing waar inderdaad het begin van de wandeling is aangegeven. ’t Is een gemakkelijke en zalige wandeling. Een sterke geur van kruiden op een “fond”  van dennennaaldengeur. Afwisselend zon en schaduw. Doorkijkjes op de omringende bergen, zelfs tot het schiereiland Akamas. Alleen … er is geen enkele wegaanduiding! Na 500 meter heb je bij een blauwgroen metalen bankje de keuze: links of rechts. We nemen rechts. Bij een bordje met plaatsaanduiding “Zacharou” hebben we de keuze uit 4 wegen. We kiezen de 2de van links, wat na zo’n 10 minuten stappen fout blijkt te zijn. Het moet de eerste van links zijn. En dan lopen we mooi om een bergtop heen om opnieuw uit te komen bij het blauwgroene bankje. Al die tijd geen mens gezien en geen ander geluid gehoord dan het fluiten van vogels.
Moutti tou Stavrou - 1Moutti tou Stavrou - 2Moutti tou Stavrou - 3






Tijd om te picknicken op de uitstekende, daartoe voorziene plaatsen in Stavros tis Psokas. Dan rijden we langs de andere kant – opnieuw goede asfaltweg – naar “huis”, via de dorpjes van gisteren … Lysos, Peristerona. “The Spice House” is nu open. Kijkje nemen. De Engelse Lucie is bezeten door kruiden en gezondheid. Ze vertelt honderduit, niet te stoppen, spraakwaterval. We moeten twee “wellness shots” proeven, krijgen een glaasje “sassy-water” aangeboden en kruidenkoekjes. Haar hond heet “Sage”, Salie, en haar kat “Nutmeg”, Nootmuskaat. Maar vooral … haar huis met terras heeft een prachtig uitzicht op de omgeving. Vandaar genieten we van ons kruidenwater, of wat dat ook mag zijn …

Gerevitaliseerd met al die gezondheidsdingen en gewapend met een potje rauwe honing met kruiden keren we Pomos-waarts.

Steni, Peristerona, Lysos …

Aan ’t haventje van Pomos tuurt een eenzame lijnvisser naar … zijn dobber? de zee? de oneindigheid? In het dorpje zelf sjokt een oud besje met wandelstok en helemaal in ’t zwart gekleed, de straat over. ’t Is 7 uur ’s ochtends …


Toscane in Cyprus.

Servant in Steni museum

Perfecte inleiding voor onze dag van vandaag: we zoeken de kleine, pittoreske dorpjes op. Te beginnen met Steni, een dorpje op 250 meter hoogte in de buurt van Polis. Dit is een vruchtbare streek: citroenen, sinaasappelen, avocado’s, amandelen, vijgen, granaatappelen en ga zo maar door. De wegen worden er afgelijnd door cipressen. Tussendoor heb je zicht op graanvelden en gele, glooiende heuvels met opgerolde strobalen. ’t Heeft iets van Toscane.
Een klein, sympathiek museum over het plattelandsleven in het centrum van Steni is een aanrader. Geen inkomprijs: je betaalt een vrije bijdrage. We bekijken er allerlei oude, soms typisch Cypriotische landbouwwerktuigen en voorwerpen van (vroeger) dagelijks gebruik. Een “servant”, een rare plank met een V-uitsnijding, trekt onze aandacht. Betty, dochter van een schoenmaker, weet onmiddellijk wat dit is: een toestel om zonder neer te zitten je laarzen uit te trekken! 
View from SteniLysos ChurchSteni







Het museumpje is prachtig gehuisvest. Bijna alle huizen in Steni lijken trouwens nieuw of perfect gerestaureerd in de grijswitte zandsteen van de streek. Vanaf het hoogste punt heb je bovendien uitzicht op de omliggende heuvels, met de zee op de achtergrond. En merkwaardig: de dorps-kinderspeeltuin pronkt met een leuk zwembadje!

Peristerona.

Peristerona ligt 5 km verder, even slaperig, even weinig activiteit, maar een groter centrum. Het byzantijns museum lijkt al maanden gesloten te zijn. De kerk is ook dicht. “The Spice House” kijkt uit over de heuvels, heeft een leuk terras maar … is alleen van  woensdag tot zaterdag open. En we zijn dinsdag 29 augustus! Hier is zelfs geen bar open te vinden. Dus flaneren we doorheen de straatjes, bewonderen we de huizen en huisjes en groeten we de vriendelijke dorpelingen.

Slof slof.

Laatste dorpje in de rij is Lysos. Zelfde stijl, zelfde soort straatjes, zelfde soort huizen. Hier is de kerk redelijk imposant, maar ook gesloten. Een paar rustbankjes en een picknicktafel in de schaduw nodigen uit tot een rustpauze. Een Cyprioot heeft dat ook gedacht en ligt languit op de bank te soezen. Tien meter lager dan de kerk loopt water uit verschillende monden in de muur naar een groot vierkant opvangbekken. En er is een publiek parkje met een perceel lavendel en roosmarijn. Even verder liggen vijgen te drogen in de zon. 

Drying Figs in Lysos


Tijd voor een drankje in de bar tegenover de kerk. Ik bestel een Cyprus koffie. De kelner staart me aan. Moet ik daar iets bij bestellen? Nee toch, een Cyprus koffie drink je puur, gloeiend heet en – terwijl je drinkt – loerend naar de bodem van je kopje, want zodra het koffiegruis op de bodem beweegt, zet je bliksemsnel je kopje neer. Dan is je koffie “op”. Het gruis wil je niet binnen krijgen. De kelner wordt uit zijn gestaar opgeschrikt door Betty die “An orange juice” zegt. Hij kijkt ook Betty aan maar sloft dan traagjes weg, de keuken in. Even later slof slof en daar is ie weer met onze bestelling. Zonder een woord zet hij die neer en … juist, sloft weg. Hij gaat triktrak spelen met zijn zoon. Drie euro voor een groot sinaasappelsap en een Cyprus koffie, de slof-slof bediening kregen we er gratis bij. 

Evretou damLimniLimni Jetty







Een leuk picknick plekje vinden we op de terugkeer, bij de Evretou-dam. Je kan er over de dammuur wandelen, een dammuur die gewoon uit rotsblokken, stenen en grint is opgebouwd. In de diepte langs de ene kant ligt de vruchtbare vallei met als achtergrond de zee. Langs de andere kant omringen grijswitte krijtrotsen het melkbauwe (kan dat: melkblauw?) water van het stuwmeer. En best van al: er is een overdekt plekje met bank en tafel EN we zijn hier moederziel alleen.

Op de terugtocht slaan we, even na Polis, een grintweg in: naar de verlaten, open kopermijngroeve van Limni (niet zeker of dat eigenlijk wel mag). Grote controverse tussen de project-ontwikkelaars die hier een dubbel 18-holes golfterrein willen aanleggen en de natuurverenigingen. (Update 2021: de natuurverenigingen hebben gewonnen: het golfterrein-project is officieel geannuleerd op 29 januari 2021.) En die natuur doet ons aan Afrika denken: verlaten, hier en daar half-hoge vegetatie, geel gras, stof, hellingen … Alleen moet je de olijfbomen wegdenken. En sommige heuvels hebben blauw-groen-rood-achtige kleuren: restanten van de koperontginning. Terug op de grote baan, aan de overkant van de grintweg ligt de gerestaureerde maar niet meer gebruikte aanlegsteiger van de oude mijn. Nu een toeristische attractie van waarop het zwemmen in zee wordt aangemoedigd.

Dragon’s cave.

Voor ons avond-aperitiefje trekken we deze keer een tweetal kilometer verder dan het haventje van Pomos. De legende vertelt dat hier vroeger een draak in een grot aan zee huisde en de haven beschermde tegen piraten. Een soort goede draak dus die (helaas?) al lang verdwenen is. Dragon’s cave is inderdaad een door de zee uitgeholde grot. Door de kronkels in de kustlijn zie je de zon hier echter niet in zee, maar over land ondergaan. Maar een meegebrachte Cypriotische rosé smaakt. Achtergrondgeluid: golven beukend in de grot en tegen de rotsen, keien mee rollend met de branding …