Laguna Bacalar.

10 november 2023.

Nat, alles is vochtig, binnen en buiten: het heeft niet geregend vannacht maar er hangt een zwoele mist tussen de bomen van Casa Kaan. Alles druppelt.

Voor de laatste keer “verhuizen” we: op naar het oosten en noorden, richting Cancún. Voorlopig is het rustig op de brede weg 186: niet te veel vrachtwagens en werven meer. Alleen, een paar kilometer voor we de grens van de staat Campeche met Quintana Roo bereiken is er een politie (of leger?) checkpoint. We stoppen; de agent vraagt van waar we komen (Xpujil), hoe we Mexico vinden (muy bonito!), of we in Calakmul zijn geweest (sí), of we het eten lekker vinden (demasiado piquante) en van waar we zijn (de Belgica). Zes, zeven auto’s en trucks wachten ondertussen geduldig achter ons. Leuk gesprek in wat hortend Spaans en … we rijden verder, de grens met Quintana Roo over … nieuwe tijdzone: plots zijn we een uur kwijt.

Bacalar.

Een aantal kilometer voor Bacalar doemen grote stofwolken op de weg op: opnieuw een grote “tren Maya” werf. We schuiven een kwartier aan tussen de vrachtwagens. Dan houden we het voor bekeken en nemen de afslag naar Bacalar. Goede beslissing! Bacalar ligt aan een uitgebreide lagune. ‘t Is duidelijk toeristisch: veel hotels en restaurants langs het water, uitgelaten sfeer. De lagune zelf kleurt blauw, turkoois-blauw, azuurblauw, koperblauw … naar ‘t schijnt negen tinten blauw. Mooi, vooral als ook een aalscholver komt poseren.

Groot is Bacalar niet, maar wel gezellig. Het fort is fotogeniek, een centraal park, vele boetiekjes en eettentjes en … meer toeristen dan we tot nu toe gewoon zijn. Zin voor humor hebben ze hier: er is een “I scream” bar en een winkel die koude producten verkoopt, “kouder dan het hart van je ex”! We lunchen op een overdekt terras aan de waterkant – “tostada ceviche” – met een biertje. In Mexicaanse restaurants drink je dat onvermijdelijk uit het flesje, niet uit een glas! Het zag er al dreigend uit maar nu begint het te gieten. We vluchten naar de bar, ook in open lucht maar het rieten dak is er efficiënter. Het weer is hier ook van streek: “normaal” regent het veel in oktober en niet meer in november. Maar ‘t heeft zo goed als niet geregend in oktober.

Even buiten Bacalar sukkelen we opnieuw in een file: blijkbaar een ernstig ongeluk! Een grote vrachtwagen is de kant in gereden. Een takelwagen probeert een wrak van verwrongen staal te takelen – je kan er amper nog de cabine van een andere truck in herkennen! We zijn niet verbaasd, integendeel: het is een wonder dat we – met de rondrijdende wrakken, zowel moto’s als auto’s als vrachtwagens – niet meer ongelukken hebben gezien.

Kapok Bacalar.

Nog 40 km te gaan en we krijgen een tropische plensbui op ons dak: aan 40 per uur door een regengordijn. In Pedro Antonio Santos nemen we de afslag, of wat je afslag noemt: een “dirt road”, een aardeweg vol putten, plassen en bulten. Een 4 x 4 had hier nuttig geweest maar met de nodige lef komen we er zo ook wel. De weg voert door de dichte jungle. Een roofvogel beloert ons vanop een tak dichtbij. Zo belanden we uiteindelijk in Kapok Bacalar, “A plant based hotel”, zeggen ze zelf. Vegetarisch? Hebben ze dan wel wijn?

Kapok Bacalar ligt vlak aan de Laguna Bacalar met eigen steigertje aan het meer. Fantastisch uitzicht over een maagdelijke lagune met langs de oever mangrove-bomen en achter ons de dichte jungle. Zoals het betaamt in een tropisch regenwoud, is alles klam, vochtig, zwoel.

Er is hier geen, of pover, GSM-bereik, maar via SpaceX Starlink satellieten is er wifi, maar wel alleen aan de receptie/bar/restaurant. Ons “hutje” staat op anderhalve meter hoge palen. Douchen: buiten in het halfdonker.

De zon gaat onder over land. Toevallig kleurt ze daarbij een wolk oranjerood. Die reflecteert prachtig in de lagune! Magische plek.

19u30. Een tropische bliksem- en donderstorm: de lucht trilt, onze vloer ook. Pikdonker is het rondom ons hutje. Andermaal valt het water met bakken uit de lucht!

20u00. Op weg naar het avondeten kruist een pad onze weg, een “Gulf coast toad” (incilius valliceps, geen Nederlandse benaming gevonden). ‘t Is inderdaad vegan in het restaurant; alles met en van planten. Om te beginnen een gazpacho van groene tomaten gevolgd door gebakken bloemkool met tortilla’s, ajuin, kruiden. Ten slotte een citroentaartje van amandelmelk, hazelnoten en … citroen. Allemaal heel lekker. Oh ja, d’er is wijn.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.